Zaterdag 17 september 2011: Strand van Sint-Annaland
Het is een serieuze aanpassing terug te zijn in België na een weekje hitte in Egypte, in Dahab. Daar is sowieso veel meer te zien dan hier in de Oosterschelde, maar we willen zeker geen duiken met elkaar vergelijken en ook geen duikplaatsen en laat staan een tropische zee zoals de Rode Zee met de Oosterschelde. Om de aanpassing van het aantal meter zicht niet te bruusk te laten verlopen kiest Timo voor Sint-Annaland. Daar is over het algemeen het zicht niet slecht en met de wind uit het zuidzuidwesten zal dit ook wel OK zijn. we zien het straks dan wel. Timo pikt eerst Ju op bij hem thuis, dan rijden we door naar Roel om vandaar zonder problemen te vertrekken naar Sint-Annaland. We kijken er een beetje angsvallig naar uit. Dit is vooral Ju en Timo, want het waait en het is maar zeventien graden. Dat is een verschil van twintig met Egypte, maar swat we zijn sterke mannen en maken ons niet heel erg veel zorgen. We maken ons snel klaar en kunnen al om iets voor twaalf te water: dit is ongeveer een kwartiertje vroeger dan we normaal op de kentering zouden moeten doen, maar zoals eerder al gezegd en gedaan kunnen we hier ook iets vroeger te water, zeker als het laag water is en dat is het op dit moment.
We stappen met ons materiaal op onze rug naar het strand en gaan halverwege de dijk te water. We ziend at het water tamelijk vlak is en hopen dan ook op goed zicht en misschien zien we wel een paar speciale dingen vandaag. Who knows. We strompelen een klein beetje het water in, passen op voor de oesters en de scherpe kanten aan de schelpen vooral en kunnen zonder ongevallen aan de duik beginnen. Timo duikt in het midden, Ju rechts en Roel links en we proberen zo in formatie te blijven de rest van de duik. Amai het water is koud ten opzichte van eerder deze week in Egypte. Ja dat hadden we wel verwacht natuurlijk. het is dit jaar nooit echt zo warm geweest al vorig jaar en de maximum tempaertuur die we vandaag in het water meten is zeventien graden, de laagste is al gezakt tot vijftien. Het is nog best aangenaam in het begin, maar tegen het einde van een duik van een uur begint het best frisjes te worden. We starten de duik en zien direct dat het vol zand hangt. Dat is door onszelf verzoorzaakt door onze vinnen aan te doen, maar dan wordt het zicht goed voor de Oosterschelde. We hebben gemiddeld een meter of vijf zicht tijdens de hele duik. We duiken eerst tot een diepte van een meter of zes, slagen dan naar links af en duiken zo de dijk langs voor ongeveer een twintig minuten. De maximum diepte vandaag is ongeveer een elf meter. Het aantal bruine plooislakken is een beetje minder dan de vorige duiken hier, maar ze zijn nog steeds volop aanwezig. Een eenzame zeenaald zoekt zijn weg door de sponzen en de oesters en grondels srpingen vaak weg voor onze neus en zoeken dekking tussen de oesters en de sponzen.
Na een kwartiertje zien we niet echt een speciale soort, maar wel een speciale grootte. Een kreeft ligt half verborgen in zijn hol en het is echt echt ongelooflijk groot exemplaar: het lijkt wel of die een halve meter lang is. De scharen zijn zo groot als een hand en daar wil je zeker geen kneep van krijgen. Niet echt iets speciaals dus, maar wel ongelooflijk dat die beesten zo groot kunnen worden. Zoals steeds zien we ook een hele bende botervisjes en we passen ons goed terug aan aan de koude en het minder goede zicht dan in Egypte. Het stelt voorlopig geen enkel probleem. Na iets meer dan twintig minuten keren we terug richting strand of dat is de bedoeling toch. We wijken even een beetje af van de koers omdat eerst Roel en dan Timo een kleine sepia gespot hebben. Roel had eerst één gezien, maar kon die eens zijn buddies erbij waren niet meer terugvinden. Een paar meter verder ziet Timo hem dan terug - we veronderstellen dat het dezelfde is - en nu kunnen we het beestje toch een paar minuten volgen. De camera van Timo had blijkbaar het meeste aanpassingsvermogen om terug in koude wateren te zijn, want net wanneer we die sepia zien is het over en out voor hem. Nochtans was die toch relatief goed opgeladen. Pech. We genieten dan maar gewoon van de aanwezigheid van de sepia en dan duiken we verder richting strand, even iets minder hoog gaan hangen en dan in een rechte lijn naar huis.
Op het laatste stuk zien we nog een zeedonderpad, een echt grote, maar ze ligt niet echt goed om er een foto van te nemen, de camera-batterijen waren toch al plat, dus no worries. Enkele kleine groen wierslakjes passeren ons pad nog of beter gezegd wij dat van hen, want echt heel erg ver bewegen ze niet. We genieten ten volle van de duik hier in de Krabbenkreek en na een uurtje duiktijd bereiken we het ondiepe gedeelte aan het strand. Het gaat nu snel van twee meter naar anderhalve en naar een halve en stoppen de duik vlak achter de koord die hier in het water hangt. Dan keren we naar de auto terug en kleden ons om. Een geluk dat Timo warm water bij zich had, dan konden we ons al een beetje opwarmen en snel onze droge kleren aandoen, want door de strakke wind en het gebrek aan zon was het best wel frisjes. We kijken even of de taverne hier geopend is, maar dat is niet het geval dus we rijden terug naar België. Door wegenwerken moeten we even een afslag verder dan gewoonlijk (die van Oesterdam) en dan keren we gewoon terug naar Kalfort en daar drinken we dan nog een Duveltje en vullen de logboeken in. Een leuke duik zonder veel speciaals te melden, maar altijd leuk om eens te kunnen duiken. Tot de volgende!