België Sprimont: Carriere de Lillé
Al een maandje geleden dat we nog eens in het water hebben gehangen door vakantie en een goede vriend helpen verhuizen. Dan is het na die drukke periode zowel voor hem als voor mij tijd om onze hoofden nog eens onder water te steken en deze keer in relatief koud water, geen Oosterschelde vandaag, maar een steengroeve. Er staan nog 2 dingen voor 2018 op mijn agenda: Zeelandbrug en de Carriere de Lillé in Sprimont. Hopelijk is de duik binnen een paar weken aan de Zeelandbrug iets warmer dan deze hier. We kiezen wel een goede dag uit. Een zonnige septemberzondag vertrekken we uit Bornem naar Heindonk waar we Ronny oppikken. Een paar koffiekoeken eten van Bakkerij Schoofs in Sint-Amands en dan vertrekken via de ring rond Brussel richting Luik en dan de E25 naar Luxemburg om dan nog een vijftien kilometer van de autosnelweg naar de steengroeve met zijn restaurantje ernaast. Even in de buurt van Luik is het lastig, want we moeten helemaal door het centrum, moeten S1 volgen als omleiding want de aansluiting tussen E40 en E25 is afgesloten. We volgen 1 keer Waze in plaats van de S1 en dat brengt ons even de verkeerde richting uit, maar al snel hebben we terug de goede weg te pakken en vinden we de steengroeve zonder al te veel problemen.
De parking bestaat uit 2 delen, beneden waar een auto of 15 kan staan en boven half metertje hoger waar er nog eens 25 kunnen staan. Wij moeten naar boven, want het lijkt me hier best druk te zijn. Maar we kunnen van geluk spreken, want de meeste auto’s hebben al een natpak erop liggen drogen, dus eerst mijn fles vullen en ons inschrijven en betalen. Alles kost precies drie Euro. Fles vullen drie Euro, duik voor mij drie Euro, duik voor Ronny drie Euro. Hopelijk kunnen ze ons iets te eten fiksen voor drie Euro straks ook. Op een kwartier is alles geregeld, dus dan kunnen we ons klaarmaken. Ik beslis dan toch om nat te duiken en niet met het volle gewicht naar beneden en terug boven te racen, want het is best warm. En het lijkt er nu ook op dat iedereen stilaan aan het vertrekken is, wat onze duik wel OK zal maken waarschijnlijk. Sowieso maken we een super duik van. Ik moet vooral mijn computer niet vergeten. Dus even buddy check hier aan de auto en dan naar beneden langs het kleine wegje aan het begin van de parking en zo via de stenen en de ijzeren trap naar de instapplaats.
Vinnen aan, handschoenen aan, masker op en dan voorzichtig water in. En blijkbaar niet voorzichtig genoeg. Patat op mijn gat op de gladde rotsen en dan maar zo elegant als een walrus rol het water in. Dat is ook een alternatieve manier: dat begint hier al goed. Een geluk dat niemand het gezien heeft of aan het filmen was – later blijkt dat iedereen het had gezien. Maar geen pijn gedaan alleen erg frisjes bij het in-het-water-rol-moment. Water is hier 15 °, dat wordt geen duik van anderhalf uur hoor. Nog even kusjes gooien naar Evy en Arne en dan al direct camera een beetje goed zetten en afstellen op de rotsen en de voorbij zwemmende karpers. De eerste vijf minuten die ik hier hang, kan ik er al direct een stuk of tien fotograferen, dus dan staat de flits goed en is alles OK afgesteld. Nice. Ronny zit ondertussen ook al in het water, nog even dag zeggen en dan kunnen we starten.
Zakken gaat erg vlot, misschien iets te vlot, want ik heb geen kilo’s lood uit mijn loodpockets gedaan, maar ja dan zullen we het zo wel doen, dat lukt wel. We zien al direct een wrak: een wrakje toch, want ze hebben hier een klein model van een bootje gelegd. Tof! Iets verder aan een grote rots hangt een camera en een thermometer, toch even een foto nemen van een echte onderwatercamera. Iets verder aan dezelfde rots hangt er nog eentje. Ondertussen zitten we al iets dieper en is het licht al bijna helemaal weg. We volgen een dikke kabel naar beneden, zo weten we ook hoe we straks terug moeten, want die brengt ons heen naar het einde van de steengroeve, maar ook terug straks wanneer we terug naar de trap moeten. Dan zie ik ineens naast mij een lamp heen en weer gaan. Hoe zot is dat: een snoek die hier eigenlijk op een halve meter voor ons ligt te liggen. Hij beweegt niet, ik kijk even of hij wel leeft of het wel een echte is, maar dat lijkt effectief zo te zijn. De snoek is geel met donker bruine vlekken, in die kleur heb ik een snoek nog niet gezien, echt prachtig. Ronny zal aan tafel zeggen dat ik er met de camera maar tien centimeter af geweest ben om een foto te nemen, straf dat die is blijven liggen, amai.
Dan komen we aan het diepste stuk stilaan van de steengroeve en hier moeten we ook beginnen uitkijken naar een eventuele steur. En inderdaad vlak nadat we het einde van de kabel zijn gepasseerd, komt er een grote zwarte gedaante op me af. Ik kijk op en zie alleen wit. Langs boven is de steur donker en aan de onderkant is die licht van kleur. Direct foto nemen en straks zien, want ik denk dat die niet echt scherp is. Dan nog een tweede steur of nog eens dezelfde en nog een foto, maar nu staat de vin van Ronny erbij. Ik blijf hier nog even rondhangen, maar er passeert niets meer, alleen een beetje stof dat ik zelf aan het maken was toen ik me omdraaide en een steen raakte. We proberen nog even een steur op te bellen met de oude telefoon die hier staat, maar tevergeefs. We zijn nu al een half uur onderweg, dus moeten stilaan ook beginnen denken aan terugkeren richting begin van de steengroeve. Een paar voorns komen ons even bekijken, een paar kleine zoetwatermosseltjes zien we hier ook, maar echt veel niet meer. Of toch: een iets groter wrak dan ervoor, een zwevende Ronny aan een duikklok en dan komen we dichterbij de safety stop.
Even had ik ervoor last om mijn hoofd erbij te houden, want ik dacht dat ik dieper aan het gaan was: 27, 28, maar dat bleken geen meters te zijn, maar eerder de minuten van mijn computer. Soit, even van de wijs en raar dat dit gebeurt, want dit heb ik nog nooit gehad. Die steengroeve toch he, daar moet altijd iets gebeuren. Een vis, een kreeft, een plastic beeldje onder een rots (die van de camera). Een verkeersbord, een plateau voor onze safety stop met megaveel karpers. Een gele een bruine en een gespikkelde en dan nog tientallen zoals ze er normaal uitzien. Ze zitten voor, onder, achter, boven ons, maar wanneer ik een foto wil nemen met de karpers naast Ronny zijn ze ineens verdwenen, maf zenne. Een silo met een oude duikfles erin, nog meer karpers en een theeservies met een trofee ernaast en karpers, veel karpers. Een echte koi karper ook, een paspop verkleed als duiker met een bordje rond de nek, een spiegel en zo via een beeldje van een dolfijn komen we terug aan de trap.
Hier nog een paar minuten hangen om de bomen en bladeren en struiken en de muur van de groeve en de trap te bekijken en van onder water uit een paar speciale foto’s nemen en dan kunnen we eruit. De Carriere de Lillé heeft ons wederom een leuke duik aangeboden en wij hebben die met graagte aangenomen. Deze duik was de tweede hier en veel leuker dan de eerste. Die was een paar jaar geleden en was niet zo geslaagd, maar laat ons vooral deze schitterende duik herinneren. Onze flessen en ons lood met de lift naar boven, want Arne wil dat liftje eens zien werken en zo kunnen wij onze spullen aan de auto gaan zetten, dan ons lood en de flessen en we leggen alles klaar terug in de auto. Voordeel hier is dat we niet moeten spoelen, maar dat we zelfs een 51 minuten lange spoelduik hebben gedaan. Echt super. Op een kwartier zijn we klaar en nu hebben we toch echt dorst hoor.
We drinken iets en bestellen iets om te eten. Een Karmeliet, want Duvel is er niet. Qua eten genieten we van een pavé (steak op hete steen), vol-au-vent, bitterballen met frietjes en een saté’, hoewel saté doet het een beetje onrecht, echt een zalig stukje vlees, saignant gebakken met veel groentjes en een beetje frietjes. We genieten nog van een tweede drankje en dan kunnen we stilaan terug richting Vlaanderen. Een super leuke namiddag met een super lekkere maaltijd in Le Narval. Je zou niet denken dat dit zo lekker is, want het ziet er maar uit als een barak, met zelfs plastieken ramen en zo, maar de keuken is echt super! Zeker onthouden voor de volgende keer als er meer mensen mee willen.
We vangen de rit aan, rijden ongeveer anderhalf uur naar Heindonk en daar drinken we nog iets en zo terug naar Bornem en dan genieten we nog van een rustige avond.