Zeelandbrug: Sepia’s en harlekijnslakjes: zalig zicht van 6 meter
Er ging vanalles vooraf aan deze duik die waarschijnlijk voor mij de laatste Oosterschelde duik van het jaar zou worden. Het was allemaal een voorteken voor een goede of een slechte duik, wie zal het zeggen? Ik had gehoord, gelezen op Facebook en andere media dat er een bijna-ongeval was eerder deze week aan de eerste pijler van de Zeelandbrug. Sommigen beweerden dat er een duikverbod heerste, maar dat was niet het geval, toch niet de informatie die ik kon vinden. Dus we zullen dan maar gaan duiken he. Een tweede voorval: mijn Olympus PEN was raar aan het doen, of beter de lens was raar aan het doen, dus ik was vrijdag al naar Onderwaterhuis gereden om te kijken of ze er iets aan konden doen en of ze eventueel een vervanglens, camera hadden ter beschikking. Lens is ondertussen binnen bij Olympus en morgen geen foto’s van het onderwaterleven van de Zeelandbrug. Op de terugweg las ik echter dat het knooppunt Markiezaat (splitsing naar Bergen op Zoom en Goes) volledig zou afgesloten worden vanaf vrijdag tot en met zondag. Tja. Na wat over- en weer gebel beslisten we dan toch om te gaan duiken.
Yes!
Ronny komt met de kinderen tussen half negen en negen naar ons thuis zaterdag ochtend, maar in werkelijkheid is hij er al om vijf over acht. Ik sta de auto nog in te laden als hij er al toekomt. Maar hij is er zonder duikmateriaal. Que? Hij is met serieuze snotneus opgestaan en ziet het niet zitten. Hij zou toch maar zijn buddy zijn of haar duik om zeep helpen, dacht hij. Dus dan wordt het An, Greet en ikzelf. Om kwart voor negen vertrekken we naar Zeelandbrug: Ronny en Elias rijden mee want ze hadden beloofd om op Vasco, de hond van An en Greet te letten. Amai, zo schoon! Wij dus naar Nederland. Aan het knooppunt Markiezaat is niets te merken van de afsluiting: eens richting Bergen op Zoom gewoon de volgende afslag nemen en dan naast de A58 en zo iets verder terug de snelweg op. Wij zijn er veel te vroeg, want we hebben er slechts een tien minuten langer op gereden uiteindelijk. Super! Daar ter plaatse snel fles vullen: 2 Euro voor 100 bar, dan nog even verder aftoppen op 200 bar met stukken van 10 en 20 cent en we zijn er helemaal klaar voor.
Om elf uur komen ook An en Greet toe: die hebben ongeveer twee uur gereden, dus iets later weg, maar dan toch veel langer onderweg. Tja, nog zeker op tijd hoor. We moeten wel zorgen dat we niet te lang wachten om te water te gaan, want er is een groep van +/- 20 duikers en ik zou echt graag iets voor hen erin zijn. Dus we maken ons klaar en kunnen duiken. Ik ben net bezig de seal in te smeren om sneller in mijn droogpak te kunnen wanneer An even dag komt zeggen. Of neen, je ziet aan haar gezicht dat er iets anders aan de hand is. Droogpak vergeten thuis. Man, man, of beter vrouw, vrouw. Tja, dan is het Greet en ik die duiken he. Maar dan heb ik een idee dat mijn stand als held nog hoger verheft: ik duik nat, want ik heb het natpak ook mee en ik geef het droogpak aan An, dan kunnen we toch met drie duiken. Als het past natuurlijk.
Even adem inhouden… kijken naar An en dan komt de thumbs up. We duiken met drie vandaag. Verder optuigen en dan kunnen we de dijk over en zo te water. De laatste jaren zijn hier wel wat veranderingen geweest: de koord links van de brug is vervangen door een heuse trap en de trap rechts is weg en iets verderop gelegd. Wij vertrekken hier aan de trap vlakbij, duiken even richting Noordzee en dan terug zodat we tussen de sepiastokken eindigen waar naar het schijnt een zeepaardje zit, zelfs meerdere. Het water is al best frisjes zo met een natpak: veertien graden en dat is ongeveer ook zoals in de steengroeve. Wij dus te water en kunnen beginnen aan onze duik.
Wow! Wat een zicht: zonder lampen hebben we direct een zicht van toch wel vijf à zes meter: zalig gewoon: dit wordt een topduikje. Nog geen minuut onze hoofden onder water en de eerste sepia passeert de revue al. Greet zet haar hand bijna op een rotsblok en ziet dan direct dat ze haar hand bijna op de sepia zelf zette. Super! Voor mij denk ik de eerste sepia dit seizoen. Daarna ben ik de eerste die een harlekijnslakje ziet: ook weer super en ook het eerste van het seizoen denk ik. Veel hebben we niet onder water gehangen dit jaar. En dan zien we de volgende en de volgende en zo duiken we tussen de harlekijnslakken verder naar het westen. We zijn super blij met het zicht en ook wat we zien. We gaan nooit echt heel erg diep, zo een vijftien meter maximum en zelfs daar is het zicht super. We zien hier ongelooflijk veel brokkelsterren: hopelijk maken die geen opmars zoals op andere plaatsen in de Oosterschelde. Tussen deze zeesterren zien we ook andere gewone, maar erg grote zeesterren en een paar mega heremietkreeften. Nu ik geen camera bij me heb zien we deze dingen natuurlijk allemaal, maar ik geniet met volle teugen en ik kan meer echt kijken naar de dingen onderwater en ervan genieten.
Na een 25 minuten keren we om en gaan we ook iets minder diep duiken. Het is toch wat donkerder op 15 meter en buiten de massa brokkelsterren is het leven toch eerder beperkt daar. We zien hier op de rotsblokken nog een paar sepia’s. An wijst er eentje aan en ik ook tegelijk, maar aan de andere kant van ons – zij duikt links, Greet in het midden en ik rechts – en daar zie ik er nog vier andere ineens wegschieten. Dat brengt onze teller van sepia-spots vandaag al op zeven. De harlekijnslakjes heb ik niet geteld en die wijzen we elkaar ook al niet meer aan, want het zijn er zoveel. Twee wil ik ze toch laten zien, want die zitten vlakbij elkaar en zijn maar een paar millimeter groot, zalig gewoon. Dan ziet An ineens een mega noordzeekrab. Die zit goed verscholen tussen de rotsen, maar toch gespot: goed bezig An! Hier tussen de rotsen wemelt het nog van de grondeltjes: die blonde grondels, zeer klein, maar ook erg kleurrijk, echt zalig, ook met de tientallen zien we ze hier.
Verder komen we dichterbij de sepiastokken en we moeten ergens de eerste pijler gemist hebben. We waren er niet echt naar op zoek, maar toch gepasseerd en niet gezien. We spotten nog twee grote zeenaalden en een pitvis. Die pitvis had ik hiervoor nog maar een keer gezien en nu twee duiken na elkaar. Echt super. Ik moet nu niet zeggen dat het tot nu toe al een super duik was he, want dat heb je waarschijnlijk al gemerkt. Een zeepaard zien we niet, maar we hebben toch al keiveel dingen gezien vandaag, echt super. Een eenzame kreeft zien we ook tussen de rotsblokken, maar dat is niet echt veel nieuws. We doen onze safety stop al en ik denk dat we nog wel een eindje van de trap zijn, dus we keren op onze stappen terug. We blijven ondiep, ik ben net even gaan kijken en zijn tien meter voor de trap en op twee meter diepte keren we zo terug naar onze instapplaats. We zien nog een grote school ansjovis, niet in blik, maar lekker vrij zwemmend tussen de wieren en de rotsen.
Ik ben dan nog vergeten te vermelden dat we twee zeedonderpadden gezien hebben: een grote helemaal aan het begin van de duik, vlak naast een sepia en dan nog een kleintje tussen de schelpen en die kleintjes zijn altijd super cute!
Dan steken we onze hoofden boven water net aan het begin van de trap en kunnen we nagenieten van deze duik. Wow, amai, wat een zalig duikje was dit, is het eerste dat Ronny Greet hoort zeggen. Ze heeft dan zelfs nog niets van haar spullen uitgedaan. Wij doen een high five en kunnen terugblikken op een super zalig duikje, misschien zelfs de laatste van het seizoen. Met een droogpak weet je nooit natuurlijk he. We kunnen misschien eens deze winter komen kijken met de mensen die een droogpak hebben of die het zien zitten om in ijskoud water met een natpak te duiken. We zien wel. Na de duik nog even napraten en opdrogen en opwarmen in het zonnetje. Een half uurtje later keren we terug naar huis, want we moeten op tijd terug zijn. Arne speelt zijn eerste voetbalmatch deze avond.
Merci An, Greet, Elias, Ronny en Vasco voor de duik en het gezelschap. En aangezien er geen foto’s onder water zijn, merci voor de foto’s boven water!
Zen-Master
Hier begon het dus allemaal mee. Vera zet een bericht op Facebook om een paar mensen te mobiliseren om nog eens te gaan duiken. Er staat voor onze club Passioned Divers geen duik op de planning deze week, dus dan regelen we zelf wel iets.
Super initiatief Vera!
Wij spreken af met Ronny, Greet en An om er ook naartoe te gaan. Greet vraagt of ik met haar wil duiken en dat wil ik natuurlijk doen. Het wordt haar eerste echte duik sinds lang, dus ze heeft een ZEN-master nodig aan haar zijde. En die zal ik dan wel zijn. We maken ons goed op tijd klaar zodat we bij de eersten zijn die in het water kunnen. Geen probleem, alles OK. Ik spreek even de duik, het profiel en een paar aandachtspunten door met Greet, vooral om haar op haar gemak te stellen en dat lukt wel goed. Ze lijkt nog een beetje nerveus, maar het is eerder gezonde spanning dan echte stress. Super!
Ik vraag Evy om mijn rits van mijn droogpak dicht te doen en dat doet ze met plezier. Nog even een buddy check en dan stappen we in de warmte naar het water. De instapplaats is hier recent veranderd, want de oude (enkel touw) waar we vroeger links van de eerste pijler te water konden gaan is nu een trap geworden. De vorige trap een beetje naar rechts is weg en verderop bij Halverwege is nu ook een duiktrap gemaakt. Die laatste is ver te voet, dus we gaan bij de eerste te water. Snel nog alles aandoen en dan even een minuutje tot rust komen en dan kunnen we starten. We duiken rechts met de stroming mee langs de kant en zullen na een half uur of zo terugkeren.
We merken al direct dat het zicht niet super is, maar dat hadden we eerder al gehoord. Op Goes deze week was het ook zo slecht. Tja, dan maar zo he. En wanneer we de vinnen zien van andere duikers, wordt het helemaal donker en stoffig. Een zeester, een hooiwagenkrab, voor de rest zien we niet zo veel. Naar het schijnt zijn hier zeepaardjes gezien, dus toch onze ogen openhouden. Een kreeft verschuilt zich tussen de blokken en valt dan ineens mijn camera aan. We gaan eens kijken rond de tien meter of het daar beter is, maar dan zitten we evengoed in het stof. Wat ik wel zie vandaag is dodemansduim met een krabbetje of een kreeftje erop. Altijd mooi, zeker als je er met je neus bijna tegen duikt. De Zeelandbrug staat bij mij bekend als slakkenfestival, maar dat is het vandaag toch niet echt. Buiten een blauwtipje zien we geen slakken of speciale dingen. Een paar keer checken of Greet OK is en dat is het geval.
Op het half uur keren we en duiken we rond de zes meter en bij laag water zoals nu komen we dan ook de pijler tegen. We volgen even de pijler rond en rond en zien dan de veren van de pauwkokerworm mooi boven de schelpen uitsteken, ook wel mooi. Ik sukkel even met mijn buoyancy, maar dat komt snel goed. We duiken de pijler helemaal rond en gaan dan nog even met de lichte stroming mee, want we zoeken de tentjes voor de sepia’s. Die vinden we, maar niet de nieuwe, enkel de oude zijn er nog. Ik zoek nog even verder, maar zonder veel geluk. We zijn nochtans op dezelfde diepte gebleven, maar ja. Als je het niet vindt, dan keer je maar stilaan terug.
Een safety stop is niet echt nodig, want we zijn nooit lang diep geweest en tegen het uur keren we terug en gaan naar de kant. Omkleden en dan nog even met de andere buddy teams napraten over de duik en na een kleine twee uur terug naar huis. Het was geen schitterend zicht, maar we zijn wel blij dat we nog eens gedoken hebben. En Greet die was super blij met haar persoonlijke ZEN master.
Super graag gedaan hoor.
Zeelandbrug: altijd wel een leuke duikplaats: Drash national laat op zich wachten
De nationale feestdag in België is altijd een leuke dag om eens een duikje te doen. Wij gebruiken de feestdag om naar Zeelandbrug te rijden en daar een duikje te doen. Roel heeft een klein accidentje gehad op vakantie, dus het is Ju en ik alleen vandaag. Ju pikt mij op tegen acht uur 's morgens en dan vertrekken we naar Zierikzee. Het is rustig op de weg en ook aan de Zeelandbrug zelf is het kalm. We zien enkel Belgische nummerplaten en een enkele gele Nederlandse. We kunnen de auto zelfs vlakbij de dijk parkeren en ons klaarmaken. Nog even een klein beetje twijfel over de kentering hoe laat die juist zit, maar we vinden het een goed idee om hier op tijd te water te gaan. Plan is om rond 10:15 te water te gaan op de oude plaats en dan naar het westen te duiken en zo ongeveer ter hoogte van de trap uit het water te komen. Dat gezegd zijnde maken we ons klaar, stappen naar de koord en gaan daar rustig op tijd te water. Ik moet even oppassen omdat mijn sinussen de laatste maanden lastig deden en ook daarom is het zo lang geleden dat ik nog gedoken heb.
We blijven een tiental minuten op geringe diepte, het duurt echt zo lang tot we op acht meter zitten en dan zakken we vlotjes tot vijftien meter. Het zicht is al slechter geweest: niet om over naar huis te schrijven, maar wel een meter of twee drie, dus dat is nog OK. We zien al direct dat het hier vol zit met bruine plooislakken en we hopen ook een paar andere soorten te zien. Een mega galathea gaat de concurrentie aan in grootte met een hooiwagenkrab en ze zijn aan elkaar gewaagd: echt twee megabeesten (voor hun soort natuurlijk he). De plooislakken zitten op de stenen en op de oesters en zijn bezig om hun eitjes te leggen of om eitjes te maken. Ze zijn echt schattig en mooi met hun kroontje op hun rug. Op een bepaalde plaats zitten er zelfs vier bij elkaar. Foto'tje maken ff genieten van de mooie beestjes en dan verder. En dan ineens zwaailichten onder water: dat zijn wijzelf, want we hebben een kleine sepia gezien. Slechts een vingerkootje groot, maar wel een klein aggressief beestje. Wanneer we iets te dicht kmoen, lijkt hij ineens minder aggressief en gaat zich ingraven in het zand. We duiken rustig verder en genieten van het mooie zicht. En dan zien we op korte tijd slakje twee en drie: een blauwtipje en een boompjesslak. Het zijn erg kleine maar daarom niet minder mooi. Zo verder over de blokken, over de stukken zand ertussen en zo zien we sepia twee, drie en vier, echt wel geestig.
Nog snel even vermelden dat we in het begin van de duik twee keer dodemansduim gezien hebben en dat wordt pas duidelijk voor Ju wanneer we de after-dive doen. Nu dus rustig verder duiken en we blijven constant op ongeveer vijftien meter. Zo verder en verder. We zien nog dezelfde soorten slakken, kleine visjes tussen de rotsen en dan ineens een mega kreeft die iets aan het open prutsen is. Ze maakt mega veel stof, maar dat deert ons niet, we kijken even toe, ze krijgt blijkbaar de oester toch niet zo makkelijk open en is dan ineens weer weg in het donkere water van de Oosterschelde. Met tussenpozen zien we bruine plooislakken, kleine sepia's en na een uur duiktijd denken we er stilaan aan dat we misschien al ter hoogte van de trap zijn. We duiken nog even verder en gaan dan een beetje minder diep. We komen zo tegen een duiktijd van zeventig minuten wanneer we aan onze safety stop komen ook. Hier net tijdens onze safety stop zie ik een harlekijnslakje. Het is echt maar een kleintje, net als de andere, maar echt weer heel erg mooi. We hebben de hele duik gezocht naar deze soort, niet gevonden, maar net voor de stop, vinden we er toch eentje.
Het is een erg rustige duik, alleen op het einde krijg ik het een beetje moeilijk om onder water te blijven. Na de safety stop, alle lucht uit de vest en het droogpak, maar zelfs dan nog lukt het niet echt ideaal. Safety stop gedaan, duiken naar een meter of drie en dan trekt alles veel te hard en krijg ik niets meer onder controle. Dan maar zo stil mogelijk naar de oppervlakte en daar op Ju wachten. We zijn maar een tien meter van de trap en gaan aan de oppervlakte ernaartoe, keren dan terug naar de auto en tuigen af. Wat blijkt: Ik ben net voor, tijdens of net na de safety stop vier kilo lood kwijtgeraakt. Het is niet echt moeilijk dan dat ik last had om onder te blijven wanneer je bijna de helft van je lood kwijtraakt, zeker met droogpak. Al bij al, behalve de laatste minuten waren te 79 minuten duik vandaag echt wel zalig. We hebben erg op ons gemak gedoken en hebben heel erg genoten van deze duik. Snel een pintje na de duik en nadat alles ingepakt is (thanks, Ju) en dan stilaan denken aan terugrijden. We spreken af met Roel in Bornem centrum, drinken daar nog iets en vullen de logboeken in. Alles super en hopelijk snel terug met goed weer en zonder sinus-problemen.
Pannenkoekenduik: Rode poon, harlekijnslakjes en zilverblauwe knotsslak
Een zalige zaterdag dient zich aan. Het is al warm om iets voor acht wanneer we opstaan, een klein beetje bewolking en een beetje wind. Niet zo veel als de voorbije dagen en weken, dus het belooft een aangename dag te worden. Zalig toch! Roel en Ju zitten in Egypte en proberen daar te genieten van hun duikjes en ik zak eens af met Evy en Cartouche richting Zeelandbrug. Eerst tegen half tien naar Tisselt om de fles te laten vullen, even wachten tot die vol is en dan op weg naar Zierikzee. Alles gaat vlot tot Antwerpen en daar hebben we even file want er zijn wegenwerken aan de gang. Bouwverlof gestart, dus iedereen op uittocht en wij ook, maar meer dan vijf minuten verliezen we hier niet. De rest van de rit gaat vlotjes en we bereiken op een uur en een kwartier de Zeelandbrug. Er zijn al wel wat mensen van de club en iedereen is weer blij om elkaar weer terug te zien. Bij ons was het even geleden, want het is nogal druk geweest zowel privé als op het werk en ik heb ook wel wat schrik gehad om met zulke slechte weersomstandigheden te gaan duiken - lees: veel wind. Greet, Ilse en Vera zijn er al en die begroeten ons zoals gewoonlijk, nooit normaal, maar we voelen ons dus echt welkom. We zeggen tegen iedereen even goeiemiddag en spreken af wie met wie gaat duiken en zo en al snel mag ik de duikleiding nemen voor Greet en Ilse. Geestig, die zagen dat direct volledig zitten. We maken ons klaar en zorgen dat we ruim op tijd klaar zijn om in het water te gaan: iedereen wil er allicht in om kwart voor één, dus wij gaan er tien minuten ervoor al zorgen dat we klaar zijn. Het plan werkt perfect en we zijn in het water vlak voor de grote massa; we zien zelfs al de duikers en masse van de trap afkomen wanneer wij onze neus onder water steken.
Goed gepland T, al zeg ik het zelf. We gaan met ons drie onder water, checken dan even of alles OK is en ja, we kunnen verder. Greet hangt rechts van mij, Ilse links en zo beginnen we aan onze duik. Recht naar de diepte, tis te zeggen tot een meter of twaalf en dan duiken we een beetje naar rechts, keren terug en draaien dan iets verder terug om richting trap. Dat is tenminste de bedoeling. We merken al snel dat er terug keiveel brokkelsterren zitten. Op sommige plaatsen bedekken ze de volledige bodem van de Oosterschelde, op andere plaatsen is het iets minder. Zo veel als ooit op Plompe Toren is het niet. De duik begint maar triestig, want de eerste paar minuten zien we niet veel: een krab, een kreeft, maar meer eigenlijk niet. En dan is het alweer vergeten dat we niks zagen: onze eerste harlekijnslak. Nu weten Greet en Ilse ook op wat ze moeten letten. Door het stof in het water is het lastig een deftige foto te nemen, dus hopelijk zien we er nog meer vandaag. En ja hoor, we zien wel twintig exemplaren van deze wit-gele naaktslakken. Vorige jaren hadden we ze ook al gezien, maar het blijft echt een bangelijk zicht om hier die exotisch ogende slakken te zien. Overal gele puntjes op een wit lichaam, de tentakels hebben ook gele uiteinden en af en toe eens een streepje, echt prachtige beestjes. We zijn ongeveer een dik kwartier aan het duiken, hebben onze goede diepte gevonden en zijn al een paar minuten naar rechts aan het duiken. Alles gaat vlotjes, we hebben alles goed onder controle: alleen Greet doet een paar rare kapriolen, maar dat zijn we gewend he, zowel boven als onder water dus he. Een heremietkreeftje passeert ons, een paar kleine kreeften zoeken hun weg over de bodem en wij keren stilaan terug richting brug zelf.
We zien niet echt veel, behalve de constant aanwezige harlekijnslakken en dan ineens ziet Ilse een boompjesslak: dat is ook al een tijdje geleden, amai. Een paar jaar geleden zo veel gezien en nu nog maar eentje. We zetten de duik rustig verder richting Zeelandbrug en komen op een donker stuk, nu duiken we dus onder de brug. Je merkt duidelijk wanneer je hier toekomt. In het duistere van de brug wordt ineens Ilse bijna gek. Daar moet iets aan de hand zijn. En ja hoor: een zilverblauwe knotsslak: een prachtig exemplaar dat je eigenlijk niet zo vaak ziet hier. Vorig jaar eens 1 keer en nu opnieuw: geestig, goed gespot Ilse. We genieten even van het zicht van deze mooie naaktslak en dan ineens wordt onze aandacht getrokken door een rode vis. Que? Een rode vis in de Oosterschelde? Yep, een rode poon. Een kei mooi exemplaar ligt eigenlijk gewoon een halve meter van ons terwijl wij de slak in het oog aan het houden zijn. Hij kijkt zelfs niet eens op naar ons, maar wij kijken wel op van hem. Een mooie vondst van Ilse, echt die is keigoed bezig vandaag. De vis heeft net onder de aansluiting van hoofd en lijf een aantal pootjes staan, echt wel grappig. We zouden hem graag in beweging zien, maar laten het beestje in rust verderdoen. We zijn al bijna vijftig minuten onderweg en we moeten nog terug aan de trap raken, dus ik geef teken dat we terug moeten keren en de twee dames volgen braaf. Of beter, moeten op mij wachten, want ik ben een zak lood kwijt. Met droogpak en dan de helft van je lood verliezen, dat is niet echt om te lachen, dus snel alles terug op zijn plaats steken en verder. Dan dus terug lood kwijt, even tussen de riem van de jacket steken en dan verder. Nu lukt het wel goed om alles tot het einde van de duik vast te houden.
We komen minder diep, zien nog een paar mega grote heremietkreeften, een paar noordzeekrabben. Tja die hadden we ervoor ook al gezien, maar door de blijheid van het zien van harlekijntjes, ringsprietslak én rode poon was ik dat helemaal uit het oog verloren. Een schitterende duik dus nog eens aan de Zeelandbrug. Op onze laatste meters worden we langs alle kanten omsingeld door harders, echt mega grote vissen, die ineens voor je schieten en dan weer ineens weg zijn. Echt wel geestig om de duik op deze manier af te sluiten. We doen veilig onze safety stop en kunnen dan naar de kant gaan. We zijn dan al vijfenzestig minuten onderweg en Greet begint het frisjes te krijgen. Maar geen nood, want we zijn bijna aan de trap. Even een laatste inspanning van onze vinnen en we kunnen uit het water gaan en ons even afkappen onder de brug in het gezelschap van de anderen van de club. Echt een bangelijke duik met een zalig weerzien met iedereen. Na de duik en het opruimen blijven we nog even en genieten van een pannenkoekje, want het is en blijft wel een pannenkoekenduik he. We houden ervan om nog wat in de zon te zitten na te praten over de duik en al uitkijken naar komende weken en komende duiken. Ronny heeft last gehad met zijn lamp en kan voor zijn tweede duik die van mij even lenen. Toch een goed hart hé: al zeg ik het zelf al tot twee maal toe vandaag. Rond een uur of drie vertrekken we met Cartouche terug naar huis. We horen hem eigenlijk helemaal niet, want hij is stikkapot en wij ook. Dus thuis nog even genieten van de rust op het terrass en dan klaarmaken voor de afspraak van vanavond: spaghetti eten bij de tennis in Hoegaarden. Komt allemaal goed hoor.
Erg vroege ochtend duik: naaktslakkenfeestje: Zilverblauwe knots-, harlekijn-, boompjesslak
Een plan dat we eigenlijk al jaren eens wilden aanvatten. Vorige week Experiment Kruiwagen op Halverwege, vandaag Experiment Vroege Ochtendduik op Zeelandbrug. We hebben plannen de laatste weken en vandaag is het nog één van de meest intense van de laatste weken. Het feit dat we al lang eens vroeg wilden duiken is de eerste reden dat we op staan om vier uur, jazeker: VIER (4) uur 's morgens. Roel moet terug zijn tegen half elf: dat is reden twee. De derde en vierde reden om vroeg op te staan is de sepiagekte en de kentering op Zeelandbrug. Het is de laatste weken erg druk aan de Oosterschelde en de kentering staat vandaag om zeven uur 's morgens. Als wij drie niet gepassioneerd zijn door duiken, dan weet ik het ook niet meer. Zo vroeg uit de veren voor een duik van een uur, anderhalf uur naar Zeelandbrug en anderhalf uur terug. We hopen maar dat dit allemaal de moeite is, want anders is dit ook de laatste keer dat we zo vroeg opstaan. Dit doch allemaal even snel terzijde. Roel en Jurgen rijden samen en ik vertrek apart rond kwart voor vijf naar Zierikzee, naar de Zeelandbrug. Zoals te verwachten is, is het verkeer richting Antwerpen en ervoorbij dik OK. Door het verlengde weekend hadden we wat drukte kunnen vrezen, maar als je zo vroeg op weg bent is het natuurlijk nog geen probleem.
Ik ben ter plaatse om zes uur, dan hebben we tijd genoeg om alles klaar te maken en een paar minuten later komen Ju en Roel er ook toe. De laatste tien kilometer hadden we tijdens de rit een zalig zicht. Net Goes voorbij komen we aan de Zeelandbrug en net de bocht ervoor wanneer je de brug ziet liggen en de windmolens ziet rondwieken, daar is het een prachtig uitzicht en zeker vandaag, want net aan de horizon komt de zon op. Net tussen de Zeelandbrug en de eerste windmolen en het geeft een prachtig schouwspel. Dit is in ieder geval al de moeite om zo vroeg op te staan. We maken ons snel klaar, want we willen op tijd het water in. Er staan hier op dit moment van de dag slechts zeven auto's, onze twee inbegrepen en het zijn allemaal Nederlandse nummerplaten. Da's niet zo onlogisch, want vanuit vanuit België is het ver om zo vroeg kentering te proberen halen. Het gaat vlotjes en we kunnen ongeveer op tijd in het water, een vijfendertig minuten voor de kentering van zeven uur zodat we toch voor de rest van de duikers te water kunnen gaan en hopelijk het beste zicht hebben van iedereen die hier is.
We starten de duik bij hoog water aan de oude instapplaats, dan zijn we dichter bij de sepiastellingen, want dat was ook een plan om vandaag te zien: sepia's. Met hoog water is het goed te doen om hier de duik te starten. We steken onze kop onder water en beginnen. Ju duikleiding, ik rechts van Ju en Roel links. De eerste paar meter is het zicht dik OK, we zien wel vier meter ver. En na minder dan een minuut heb ik al de eerste speciale soort gespot van de dag. Een naaktslak, ah ja hoe kan het ook anders en de eerste keer dat we die soort zien: een zilverblauwe knotsslak, oftwel de cuthona concinna. Ze bevindt zich tussen de zeesla en we genieten van het zicht van deze prachtige naaktslakkensoort: vier lange tentakels, langs onder en langs boven de kop: mooi lang vaalwit met het centrum lichtroze kop en lange papillen op de rug. Elk uitsteeksel heeft een roze centrale lijn en daarrond is het een beetje wit. Na vijf minuten duiken we verder en kan mijn duik al niet meer stuk. Dan begint echter een stukje vervelend duiken, want we moeten net als vorige week op Halverwege door lange wieren duiken. Even worden we zelfs gevangen gehouden door de lange slierten wier. Niet zo leuk, maar we geraken erdoor en zien dat het zicht voorbij deze wieren echt niet zo goed is. Het water hangt vol kleine partikels, blijkbaar toch bloei in de Oosterschelde en het stroomt nog erg. Wanneer het effectief nog stroomt valt het mee, maar iets later wanneer de kentering echt ingezet wordt, is het zicht beperkt tot minder dan een meter. Vandaag valt Roel zijn oog ook op kleine dingen, want hij spot twee kleine baby snotolfjes. Het zijn echt schitterende diertjes. We nemen geen foto's want ze zijn echt té klein.
Terwijl we deze kleine visjes bekijken zien we ineens ook een tweede soort naaktslak en we zijn nog maar tien minuten bezig. De harlekijnslakjes die we vorig jaar zo mooi vonden, zijn hier opnieuw of nog steeds, dat weten we niet. Het zijn die wit-gele, echt heel erg mooie exemplaren. Een kleine zeedonderpad ligt ook op de rotsen en dan bereiken we eerste pijler. Die bestaat uit drie stukken en we zien rechts van ons het middelste deel in de verte. Iets dieper en verder zien we de meest oostelijke en vandaar zoeken we diepte op tot een meter of tien. Buiten het normale onderwaterleven zoals heremietkreeftjes, botervisjes, zeesterren en dergelijke zien we twee erg mooie vlokkige naaktslakken - denken we toch - tijdens hun paren en drie of vier boompjesslakken. Ik ben in mijn nopjes met dit festival van naaktslakken. We proberen zo rond de tien à elf meter te hangen en duiken in oostelijke richting. Ju heeft het even moeilijk om zich te oriënteren, maar met de hulp van ondergetekende komen we toch aan bij het klei-bodem-gedeelte waar ook de sepiastellingen staan. Zullen we er zien? Who knows. We zetten de duik rustig verder en de kentering is al begonnen. Ineens valt de stroming volledig weg en zien we weinig voor ogen: veel, heel erg veel partikels in het water en dat is niet van andere duikers, dus echt wel bloei.
Zonder een stelling te zien of zonder een sepia te zien, keren we na een dik half uur terug naar westelijke richting. Even controleren dat we OK zijn en dan de zoektocht verderzetten naar de sepia's. Ineens duikt van onze linkerkant een koppeltje op uit het niets. Ze hangen gewoon voor onze neus zonder dat er stokken in de buurt zijn - of we zien ze niet. Na de duik zal Roel bevestigen dat er twee meter terug en twee meter dieper wel stokken stonden. We genieten even van het zicht van misschien wel onze laatste sepia's van het seizoen en duiken verder. We zien nog een paar harlekijnslakken, een paar boompjesslakken en meerdere grote heremietkreeften en een paar joekels van gewone kreeften. Hoewel je die elke duik ziet, blijft het wel dik OK. We zitten ondertussen al opnieuw over de blokken en zijn van het klei-gedeelte weg, maar zien niet veel speciaals meer. Vorig jaar zagen we hier veel galathea's, maar nu nog geen enkele. We naderen de zestig minuten en beginnen stilaan onze safety stop. Omdat Roel nog weg moest hadden we afgesproken dat we niet langer dan een uur zouden duiken. Na de safety stop komen we uit het water na een duiktijd van eenenzestig minuten, een leuk duikje, niet echt de moeite om zo vroeg op te staan, hoewel de ringsprietslak en de harlekijnslakken wel heel erg leuk waren om te zien.
Dan terug naar België, genieten van een drankje op het terras van Ju in de zon. Iets later naar huis, spullen spoelen en deze avond terug naar Ju voor een BBQ. Met dit weer, veel zon en erg warm, wat heeft een mens nog meer nodig.
Zaterdag 5 november 2011: Kleine zeedonderpadden en harlekijnslakken
Vorig jaar in 2010 waren we al meer dan twee weken gestopt met duiken, niet zozeer omdat het slecht weer was, maar omdat ik toen in Nieuw Zeeland op vakantie was voor een maand. Nu is het nog even wachten op de volgende vakantie eind deze maand. Ik kijk er al erg naar uit om naar Mexico te gaan. We zien wel wat dat wordt, maar meevallen zal het zeker doen. Vandaag nog in iets minder warme omstandigheden gaan duiken en waarschijnlijk is het zicht hier ook minder dan in de Bahia de Banderas in Puerto Vallarta. We trekken het ons niet aan, Ju en Timo gaan vandaag nog een duikje doen op de Zeelandbrug. Ju komt Timo ophalen bij hem thuis en we vertrekken om iets over acht naar Zierikzee. Onderweg zijn er geen problemen met het verkeer - dat is dit jaar ook anders geweest. Op één uur en een kwart komen we aan in Zierikzee en verrassend genoeg staan er best veel auto's. Het is niet meer de massa van eerder dit jaar, maar er staan toch wel een stuk of vijftien auto's: maal twee, dus toch dertig dapperen die het koude water trotseren om nog eens te komen duiken. Het valt ons op dat er nog relatief veel natpakduikers - net als wij - klaar staan. We zouden denken dat we bijna alleen zijn, maar dat is niet het geval.
We maken ons rustig klaar en moeten iets over tien uur te water voor een duikplanning van vijftig minuten als we dit zo lang volhouden vandaag. We hadden eerder al eens naar de plaats gaan kijken en beslist om langs de oude trap te water te gaan en dan even met de stroming mee te duiken en dan naar de nieuwe trap om zo uit het water te komen. We stappen naar de waterkant en maken ons al klaar vlak voor we het water induiken. Onze vinnen aan, even kopje onder om te wennen aan het koude water en weg. We vertrekken zuidelijk om een beetje diepte te halen, duiken over de vele grote rotsblokken en kunnen ons goed aan de omstandigheden aanpassen. Het zicht is niet spectaculair, maar wel beter dan vorige week en de week ervoor: we hebben nu zicht tot soms drie meter, dus niet goed, maar ook niet slecht. De grote rotsblokken hier zijn weer bezaaid met blauwtipjes. Timo kan het zich niet laten toch nog een paar foto's van de blauwtipjes te nemen. Tja, het is sterker dan hemzelf. We bereiken een diepte van bijna een vijftien meter, duiken even mee met de stroming naar het oosten, maar daardoor wordt het zicht minder. Als je met de stroming meeduikt, ook al is je buoyancy goed, er komt toch meer stof mee dan normaal wanneer je tegen stroming gaat. We keren onze kar dus en verkiezen tegen de lichte strooming in te duiken. We spotten vlakbij elkaar twee grote heremietkreeften en ernaast een kleine noordzeekrab. De wulken zijn weer volop op pad en eentje is zo tam geweest dat er een zeester op zijn huis is blijven zitten. Misschien is dat niet het beste plan als je een wulk bent, want eten zeesterren geen weekdieren?
We genieten volop en vooral van de kleine zeedonderpadden. Die zitten hier overal verspreid en zijn kei-schattig. Ze zijn al een beetje gegroeid en meten nu een centimeter of vier ongeveer. Dan spot Timo een galathea. Die bleef bovenop een rotsje zitten, maar verdween al snel tegen de tijd dat hij zijn camera in aanslag had en wanneer Ju ook keek. Even heeft Timo hulp van Ju nodig, want zijn octopus is van zijn vest losgekomen. Even helpen vastzetten en verderduiken. En dan doet Timo twee ontdekkingen vlak na elkaar: twee grote zeenaalden. We overdrijven een beetje wanneer we zeggen dat ze een halve meter zijn. Niet echt zo groot, maar toch heel erg grote. En dan is het Ju zijn beurt om een ontdekking te doen: hij spot een koppeltje harlekijnslakken. We wisten niet dat die hier nog zouden zitten, maar blijkbaar wel dus. Dat is leuk. Timo draait van rechts naar links om de beestjes in zijaanzicht en ook frontaal te kunnen vastleggen op de gevoelige plaat. Verder duiken richting westen en dan ineens zien we veel mosselen liggen. We weten dan dat we stilaan aan de pijlers komen. Nu pas? We zijn al een half uur aan het duiken. Tja, we zullen wel een beetje afgedreven zijn bij het uitduiken. Nu ligt de bodem van de pijler op bijna acht en een halve meter en we kijken of we nog iets speciaal zien.
Tussen de mosselen groeien een paar zeeanjelieren en een paar anemoontjes. Een volwassen zeedonderpad ligt op de bodem en wij duiken verder naar de volgende pijler. Die zien we al vlug liggen en ook hier kijken we om iets anders te spotten. Niks anders, maar wel erg mooi, die begroeide pijlers. We denken wel soms dat er iets te veel tegen de pijler aangedoken wordt, want onderaan is er minder begroeiing. Dan verder de kant af en zien nu een herhaling van de eerdere spots van de duik: blauwtipjes, kleine zeedonderpadden en hier en daar eens een botervisje. Kreeften zitten hier natuurlijk ook verscholen in de holen. We doen iets over de veertig minuten onze safety stop en keren terug naar de kant. We komen uit zo ongeveer een vijf meter van de trap en het laatste stuk doen we nog al snorkelend. Joepie, we hebben toch nog vijtig minuten gedoken. We spoelen ons af met echt heel warm water, kleden ons om en rijden dan terug naar huis. We drinken iets in Bornem centrum en dan gaat ieder zijn weg om wat te rusten, te eten en de spullen af te spoelen. Merci, Ju voor de leuke duik en drink.
Zondag 16 oktober 2011: Blauwtipjes en nog maar één harlekijnslak
Timo komt net terug van Peoria, Illinois, USA van een business trip en probeert zo snel mogelijk te leven volgens Belgische tijd om zo de problemen van een jetlag te minimaliseren. Gisteren lukte het al behoorlijk en vandaag probeert hij dat ook te doen door een duikje te maken met Roel op Zeelandbrug. Vorige keer kon Roel er niet bij zijn wegens verhuis naar zijn nieuwe woning en had dus de harlekijnslakjes nog niet gezien. We hopen die weer tegen te komen vandaag. Timo gaat Roel ophalen rond een uur of tien om nog tijd genoeg te hebben om naar Zierikzee te rijden, maar eerst even te stoppen om zijn fles nog te vullen. We rijden naar Wemeldinge om daar bij Oktopussy zijn fles te vullen en dan verder naar Zeelandbrug. We zien daar Andy, Mark, Dirk en Dirk: die zitten hier in Smits iets te drinken vooraleer ze duiken hier op de Steldijk. Wij rijden echter verder naar de Zeelandbrug. We komen er eigenlijk een paar minuten te laat toe om nog deftig op tijd te zijn voor de kentering, maar er is weinig wind en de stroming lijkt wel mee te vallen vandaag. We zijn snel klaar en vertrekken de duik aan de duiktrap om zo wat diepte te halen en dan naar het oosten te duiken, na een half uur keren en dan terug via de pijler en dan uit het water. We zien wel hoe we het hier doen.
We maken ons helemaal klaar aan de kant om niet te lang in het water te hangen, want het is al een frisse zeventien graden aan de oppervlakte en op diepte zal het veertien worden. Wanneer we klaar zijn en ons hoofd onder water steken zien we al direct dat het zicht niet OK is. Zijn er zoveel duikers voor ons geweest of is het gewoon minder? Het is blijkbaar een beetje van beiden, want de eerste meters is het heel slecht, maar dan verbetert het een beetje tot een tweetal meter zicht. We duiken over de blokken en zoeken wat diepte op tot een meter of veertien en daar zien we het normale leven van de Oosterschelde. De zeedonderpadden liggen op de bodem en poseren voor ons, de blauwtipjes zijn weer alom aanwezig, het is raar dat we die de eerste keren niet zagen bij onze duiken hier. Misschien zaten ze er toen niet zoveel, maar nu dus wel. We tellen ze zelfs niet meer en tonen enkel de eerste aan elkaar. Wulken glijden hier ook in grote getale over de bodem en gaan niet uit de weg voor de heremietkreeftjes die hier ook vaak zitten. En dan ziet Roel een naaktslak, niet een blauwtipje of een andere veelvoorkomende soort, maar hij ziet zijn eerste harlekijnslak en geniet van het zicht. Het is nu de tweede keer dat Timo die ziet en hij vindt nog steeds dat het schitterende tropisch-uitziende beestjes zijn. Voor Roel is het de eerste keer en hij vindt het ook schitterend. Dan verder duiken en we proberen nog andere dingen te spotten, maar dat lukt niet zo goed.
We zien deze duik heel erg veel hooiwagenkrabben die vaak per twee zitten, misschien is het de tijd waarin ze een partner zoeken of zoiets. Na iets over het half uur keren we terug richting de duiktrap en bekijken elk holletje tussen de rotsen. Timo ziet één grote galathea-kreeft en daarna nog een paar kleinere exemplaren. Ook die zijn echt heel erg knap. Een fluwelen zwemkrab zit hier ook. We weten eigenlijk niet of we die al vaak gezien hebben hiervoor, maar nu valt het op dat dit wel een mooi beestje is: rode kraaloogjes en blauwe puntjes op de grootste scharen, echt wel mooi. We zullen die vroeger ook al wel gespot hebben, maar nu neemt Timo een beetje de tijd om hier wat meer aandacht aan te besteden: leuk beestje. Op vijftig minuten doen we onze safety stop en dan keren we terug naar de kant. We zitten nog maar ter hoogte van de eerste pijler, dus we beslissen om hier terug naartoe te duiken, even errond en dan verder tot de trap om er daar de duik te beëindigen. Aan de pijler krijgen we het echt wel koud, maar we duiken nog tot een dikke vijfenzestig minuten. We zien niks speciaals meer, maar genieten toch van het einde van de duik. We komen verkleumd uit het water en stappen direct naar de auto om ons om te kleden.
We hebben warm water mee, dus we kunnen ons in het zonnetje makkelijk omkleden nadat we de grootste koude van ons af hebben gespoeld. Dan camera en lamp afspoelen en vertrekken naar Klein-Brabant. We laten onderweg Jurgen weten dat we bij de Vadde iets gaan drinken en hij komt naar daar. Roel trakteert (een deel) want hij heeft zijn honderdste duikuur gedaan vandaag. Proficiat. Terwijl wij een Duveltje drinken in de Vadde en een beetje napraten, is Veerle en Famke bezig met hun laatste duik in de Nekker in Mechelen om hun Open Water te behalen. We krijgen te horen dat ze geslaagd zijn: proficiat Famke en Veerle: nu kan het echte werk beginnen. Tegen een uur of vijf keren we terug naar huis en rusten een beetje uit voor de TV. Vandaag niet te laat maken om niet te veel last te hebben van een jetlag en dan morgen al direct gaan werken. Dat zal ook nog eits geven se.
Leuk om nog eens gedoken te hebben en we hebben langer onder water gehangen dan we verwacht hadden. Ondanks de bodem-veertien graden toch langer dan een uur onderweg geweest. Misschien kunnen we er dit jaar nog een paar doen. We zien wel.
Zaterdag 1 oktober 2011: Blauwtipjes en harlekijnslakjes
Een duikje op Zeelandbrug 's avonds. Dat zien we natuurlijk heel erg goed zitten. Timo had overdag het huis nog proper gezet, want dat moet ook regelmatig eens gebeuren en Jurgen was Roel gaan helpen om al een deel te verhuizen. We spreken af om half vier om vanuit Bornem te vertrekken richting Zeelandbrug en hopen niet zo veel file te hebben als vorige week richting Zeeland. In het begin gaat het vlot, in Antwerpen al geen files, heel goed, dan zijn ze wel op de A12 aan het werken tot aan het kruispunt met Markiezaat. Even moeten we de A58 op naar Bergen-Op-Zoom om er de eerste afslag al terug af te moeten en dan even autosnelweg onder en dan zo terug richting Goes. So far so good. Onderweg belt Timo even met Mark, want die wou al lang eens op Zeelandbrug gaan duiken, misschien dat het voor hem gaat lukken deze keer: hij rijdt vijf minuten achter ons. Maar dan slaat het noodlot toe: de Vlaketunnel is nog steeds afgesloten en er staat weer file. Niet zo veel als vorige week, maar we vrezen even dat we de kentering gaan missen. We hadden afgesproken om vijf uur aan de parking van het restaurant voorbij de Zeelandbrug om zo verder te rijden naar het Galgelaantje in Zierikzee, waar de duikplaats zich bevindt. Wij zijn er om tien over vijf en Mark is er ook om kwart over, dik OK, dan halen we de kentering dus nog. We rijden even voor zodat Mark vanaf nu ook weet waar hij moet zijn en dan kunnen we even gaan kijken waar we duiken en hoe we het doen en hoe we afspreken in geval van problemen. Wij zijn gewend om steeds naar boven te komen als we één duiker uit het buddy-team kwijtspelen, dus die gewoonte houden we ook. Mark weet nu ongeveer hoe er gedoken gaat worden en hij ziet al dadelijk in dat het niet moeilijk is. Te water aan trap, dan naar links met stroming mee, op het half uur of iets later keren en dan terug richting trap. Ondertussen over blokken duiken en kijken en zoeken naar leven. Deal!
We zijn snel klaar en kunnen nog op tijd te water. We zijn maar tien minuten te laat, maar de starttijd was ook ingesteld op tachtig minuten duiken. De kans is klein dat we dit gaan doen effectief, want tegen een uur begonnen we het toch frisjes te krijgen vorige week. Wij klaar, Timo leidt de duik, Jurgen hangt rechts en Mark links. Iedereen in orde om te vertrekken en dat doen we dus. De missie van de dag: harlekijnslakjes (Polycera quadrilineata) spotten. Timo had op het forum van duiken.be gelezen dat er hier wel een paar zaten, dus hopelijk zien we ze ook vandaag. OK. Start. We zijn nog maar net onder en Mark ziet al een vlokkige naaktslak, niet zo'n heel erg grote, maar wel de moeite. Het was even geleden dat we die nog gespot hadden. Jurgen en Timo merken al snel op dat er veel meer brokkelsterren zijn dan in het begin van het duikseizoen hier. Zijn die terug zwaar aan het opkomen? Op Plompe Toren zagen Roel en Timo er best wel veel de eerste keer dat ze daar doken. We doen het allemaal op ons gemak en kijken op, onder en tussen de grote blokken die zich hier bevinden. Een kleine zeedonderpad heeft een rustplaats gevonden op één van de grote stenen en iets verder zien we ook verscheidene grotere exemplaren. Op één van de grotere blokken spot Ju een grote noordzeekrab. We duiken bijna met ons gezicht er recht op. We letten goed op, want sommige blokken liggen iets hoger en dan is het zaak om hier niet met je hoofd tegen te duiken. Voor de rest gewoon genieten.
En dan komt het grote moment. Mark ziet het eerste koppeltje harlekijnslakjes, yes, mission accomplished. Timo is in zijn nopjes en begint als zot foto's te nemen, niet te schatten. Als dit de enige twee zijn die we zien moeten we toch een beetje deftige foto's hebben. We vinden het prachtige slakjes met hun gele en witte kleuren. De sfeer die deze beestjes uitstralen is echt wel tropisch. Zulke kleuren en vormen verwacht je niet in de Oosterschelde. Maar wij hebben het gezien en hopelijk kunnen we hier nog iets langer van genieten ook. Echt schitterend. In een holte er vlak naast zit een kleine kreeft en er vlakbij zit een blauwtipje, maar we hebben even minder aandacht voor hen. Trouwens de Oosterschelde zit hier op dit moment vol blauwtipjes. Ik denk dat we er minstens ééntje gezien hebben op elke vierkante meter. Niet te schatten. We duiken nog iets verder en horen steeds boven water een motor van een boot. We zagen dat er hier een paar boten lagen wanneer we de duik starten. We zijn niet echt verrast dat we dit nu horen. Na een twintig minuten en nog een hele bende blauwtipjes, een grote zeenaald, enkele kreeften zien we op het diepste punt van onze duik (ongeveer zestien meter) nog een paar harlekijnslakjes. Deze zijn eerder in elkaar gedoken, want je ziet enkel een geel-wit bolletje en niet zoals de eerste keer echt de vorm van een slak met de tentakels en kieuwen duidelijk zichtbaar en een langgerekt lichaam. We zijn alledrie echt onder de indruk van deze 'nieuwe' slakkensoort.
We kiezen iets later de weg naar links, beter we duiken nu naar het oosten en zo verder tot we iets van een veertig minuten gedoken hebben en keren dan terug met de stroming mee richting trap. We zien in totaal iets meer dan tien harlekijnslakjes en meer dan duizend (klein beetje overdreven) blauwtipjes en ook verscheidene galathea's. Die hebben zicht steeds verscholen gehouden tussen de rotsen en op een bepaald moment wil Timo er twee tonen die zich in een lege oesterschelp verschuilen, maar Mark ziet er maar eentje en Jurgen kan niet diep genoeg in de schelp kijken, of ze zijn te schuw en hebben het hazepad al gekozen voor de twee buddies goed kunnen kijken. We gaan daarna iets minder hoog duiken en doen iets later onze safety stop. Net daarvoor nog een grote zeenaald en een grote wulk die zich op zijn gemak aan het voortbewegen is. Daar zitten ook een paar heremietkreeftjes het water te filteren. Beter kreeften, want het zijn best grote die we hier zien. Hét moment van de duik is wel het spotten van de slakjes. Timo is echt blij en boven water zal blijken dat zowel Ju als Mark het ook een schitterende duik vonden. Timo loodst na de safety stop zijn twee mededuikers via dezelfde kleine zeedonderpad naar de trap en we komen er na achtenzestig minuten perfect op uit. Het is altijd leuk als je een divemaster meeneemt als rescue duiker dat je dit beetje geluk hebt. Niet dat het moeilijk is om hier de trap terug te vinden bij hoog water, maar swat: Timo is blij dat het hem gelukt is. We waren wel een beetje verwonderd dat het zicht hier 'maar' twee à drie meter was. Er was geen regen geweest deze week, geen wind en toch was het zicht niet beter dan dat. Het was goed hé, maar hadden misschien net iets klein beetje beter verwacht/gehoopt.
Dan stappen we het water uit en kleden ons om en daarna praten we nog een beetje na over de duik en onze ontdekking van de slakjes. We zijn alledrie echt heel erg blij en rijden met leuke herinneringen naar Wemeldinge om in Smits nog iets te gaan drinken en eten. Na een gyros, hamburger en wat frietjes met een Duvel en een pilsje rijden we terug naar huis. We hebben ondertussen op Timo's camera al gezien dat er een paar leuke beelden bij zitten, dus alles dik OK. Op de terugweg op de A12 beslissen we om nog een extra Duveltje te gaan drinken in de Waggel en Timo zet daarna Jurgen thuis af en rijdt zelf naar huis om te gaan slapen en genieten van een goed nachtrust al dromend over harlekijntjes.
Zondag 31 juli 2011: Blauwtipje en baby-sepia
Roel, Ju en Timo vinden de Zeelandbrug een dik OK'e duikplaats: elke keer hebben we hier wel iets speciaals ontdekt, dus we hebben er ook geen probleem mee als Eef daar eens mee naartoe wil. Ze had de vorige keren steeds iets anders te doen, want kon tot nu toe nog niet mee naar deze duikplaats. We hadden die enkele weken geleden wel gestaan met belachelijk veel volk en veel wind, dus dan naar Wemeldinge teruggereden. Nu gaat het uiteindelijk lukken voor haar. We spreken iets vroeger af bij Roel, hoewel die niet meegaat vandaag. Door omstandigheden kan hij niet duiken, pech natuurlijk, maar er zijn ergere dingen in het leven. Met ons drie vertrekken we bij Roel om iets over half acht en rijden naar Zeeland, naar Zierikzee om te duiken op de Zeelandbrug. In het heenrijden is het nog tamelijk stil in de auto, want het is nog best vroeg en iedereen moet nog de vermoeidheid en te weinig slaap uit de ogen wrijven. We rijden de dijk naar beneden naar de parking in het Galgenlaantje en er staan nog niet veel auto's. Dat is heel erg goed, want dan kunnen we ons direct aan de trap parkeren en hebben we nog het voordeel dat we niet te ver moeten lopen. We zijn alle drie klaar op een dik kwartier en willen dan langs te duiktrap te water gaan en de duik starten. Dat eerste lukt goed, dat tweede iets minder.
We zijn bij de eersten die te water gaan, want we houden ervan om toch iets vroeger dan de grote hap te water te gaan en ons rustig (zonder gepusht te worden) klaar te maken aan de trap en dan de duik te beginnen. We zijn goed op tijd klaar om te duiken, maar dan wordt het iets moeilijker. E heeft een nieuwe jacket én een nieuwe lamp. We zakken of proberen tenminste, maar E is niet mee: ze was maar een kleine meter van Ju en Timo, maar dat was voldoende om elkaar kwijt te spelen. Het zicht is echt slecht, niet te schatten. We wachten even beneden, maar het brengt niet veel op en gaan terug naar boven aan de oppervlakte kijken. Ze is al tien meter van ons weg met de stroming en dat is op zo'n korte tijd al best veel. Tweede keer lukt ook niet, derde keer al evenmin. Het lijkt er ook een beetje op dat ze te weinig lood bij zich heeft, niet zozeer door de nieuwe jacket of lamp, maar omdat ze eigenlijk in het verleden ook al relatief weinig lood bijhad. Ju heeft nog een halve kilo op overschot en geeft die aan E. Vierde keer is dan ook goede keer, yes here we go. Timo moet wel even aan haar jacket trekken om net dat halve metertje onder water te geraken en dan te kunnen we starten. Timo hing na het trekken terug boven, maar komt snel terug om de leiding te nemen over deze duik. En dan kunnen we effectief starten.
Al snel merken we dat het zicht niet echt schitterend is: op de meeste plaatsen zelfs maar een halve meter. In het begin van de duik een meter, maar naarmate de duik vordert wordt het zicht minder tot op het einde slechts een halve meter. We spotten wel snel een blauwtipje: die zitten hier weer tamelijk veel, nu zien we er een paar minder dan woensdag, maar toch wel een stuk of tien. Jurgen heeft last van zijn masker, net als één van de vorige duiken hier. Timo kijkt alles na, maar er zit geen haar tussen of geen stuk van zijn kap. Raar, thuis moet hij alles maar eens nakijken. Er kwam steeds water in het masker. Het is wel Ju met water in zijn masker die de ontdekking van de eerste baby-sepia van het seizoen doet. Dik OK, goed gespot Jurgen. We hangen hier even want dit is de eerste sepia die we dit seizoen zien: baby-sepia tenminste. Tussen de grote steenblokken die hier gedumpt zijn kunnen we onze weg wel goed vinden. We gaan niet te diep, maar blijven op een diepte van een meter of acht. We spotten een hele hoop bruine plooislakken, veel blauwtipjes en ook enkele boompjesslakken. Timo blijft deze duikplaats een hele leuke vinden door het aantal naaktslakken en de verschillende soorten. Graaf!
De eerste pijler komen we tegen na ongeveer twintig minuten duiken, we hangen een metertje boven de bodem die bezaaid is met zeesterren en mosselen en vanalle andere levensvormen. Dan duiken we direct naar het tweede stuk van de eerste pijler en alsof het elke keer al gelukt is ook naar het derde. Het is best mooi hier aan deze pijlers, maar ook best druk ondertussen. Er liggen twee duikers met hun neus ertegen, we steken die voorbij en komen er dan weer twee tegen. We zaten vroeg in het water, maar ondanks dat feit zijn er al veel duikers voor ons. Net voorbij de derde pijler zien we een belachelijk grote vis. We zien de kop niet, maar vermoeden dat dit één van de harders is, maar deze is echt ongelooflijk groot. Na bijna veertig minuten duiken keren we terug om niet te ver voorbij de trap uit te komen. Op onze terugweg spot Timo in een kleine holte nog een galathea-kreeftje en iets voor het uur stoppen we ermee. Ju doet teken dat het genoeg is voor hem, want er zit te vaak te veel water in zijn bril en echt aangenaam is dat niet. Hij gaat met ons naar de oppervlakte, want we hebben toch al zesenvijftig minuten gedoken. Dan is het opnieuw de laatste drill van de voormiddag: alles terug in de auto, met de auto terug naar Café Coolhem, logboeken invullen en iets drinken en dan naar huis. Het was niet onze beste duik op Zeelandbrug, maar wel best leuk. Volgende duiken zullen tijdens het duikweekend zijn.
Woensdag 27 juli 2011: Ongelooflijk veel blauwtipjes
We proberen vandaag ondanks het slechte weer van de voorbije dagen toch nog eens een dukje te doen. Normaal doen we het eerder op donderdag of in het weekend, maar door verschillende drukke agenda's duiken we op woensdagavond. Na het werk om iets over vijf vertrekken we bij Roel. Jurgen is al weg uit Brussel tegen dan en we zullen elkaar aan de Zeelandbrug zelf dan wel zien. Als er te veel file staat kunnen we nog altijd afzakken naar Wemeldinge of zelfs naar Oesterdam als het echt te gortig wordt op de weg. Daar hebben we echter niet veel van te vrezen, want alles gaat heel erg vlotjes. Zierikzee is best wel een eindje rijden, zeker als we gewoon 's avonds na het werk ernaartoe rijden valt dit op. We komen er goed op tijd aan, want in deze vakantieperiode is het nog niet druk: bouwverlof is nog volop bezig. We moeten nog even wachten omdat de brug van de Oosterschelde zelf even open blijft om het waterverkeer door te laten en dan kunnen we naa de Galgelaan rijden in Zierikzee. Helemaal daar achteraan is een grote parking waar vandaag niet veel auto's staan. In totaal misschien een stuk of tien, maximum. Jurgen is er net voor ons en we maken ons klaar om te starten aan de duik. We moeten te water zo rond een uur of zeven en beslissen nu om eens langs de oude trap te water te gaan. Zijn we daar wel zeker van?
Het is een hachelijke operatie om langs de oude instapplaats te water te gaan. Waarom zou je dat dan ook eigenlijk doen, want er staat twintig meter verder een goede nieuwe trap. Tja, dan moeten we niet zoveel afstand afleggen onder water om in de buurt van de sepia stellingen uit te komen. Het eerste deel gaat vrij vlot, maar dan is het wel wat klauteren over de spekgladde stenen. Timo is de kamikaze van de avond want hij valt met zijn linkervoet in een gat en valt dan het water in. Hij bezeert zich niet, maar aangenaam is anders. Jurgen en Roel gaan ook te water, maar doen het iets minder risicovol, maar elegant is het niet. Op handen en voeten en gat glijden ze het water in. Oef, dat is deel één van het duikplan al goed gepland en uitgevoerd. We steken onze kop al onder water en zien dat het zicht niet echt heeel erg goed is. Misschien wordt het iets dieper en verder het water in wat beter. Iedereen klaar: Timo midden, Roel rechts en Ju links. Timo neemt naar goede gewoonte de camera mee en neemt dan ook de duikleiding. We zijn alledrie echt heel op ons gemak en duiken uit tot ongeveer een diepte van een meter of acht, kiezen dan nog een beetje richting oosten, maar tegen dan hebben we al serieus wat ontdekkingen gedaan.
Onze eerste spot van de dag - zijn een paar koppeltjes bruine plooislakken. Ze zijn best wel groot en zijn nog steeds volop bezig eitjes aan het afzetten. De kleuren van de slakken komen erg goed uit tegen de donkere achtergrond van het water. Hier op een meter of acht is het donker, niet zo donker dat je niks meer ziet zonder lamp, maar je kan de lamp toch best gebruiken. En dan begint Timo weer te flippen: hij ziet een blauwtipje. Foto's hier, foto's daar, hij neemt er toch wel wat. Mission accomplished, nog eens een blauwtipje gezien. All right! Iedereen happy. We duiken nog even verder naar het oosten en dan nog een blauwtipje en dan nog één en nog één. Het zit hier vandaag vol met deze soort naaktslakken. We zien er wel veertig stuks en sommigen zitten vlakbij elkaar of op elkaar, echt een prachtig kleurenpalet in de Oosterschelde deze avond. Het zijn er zo veel dat we op de duur zelfs niet meer de moeite doen om het elkaar te tonen. Timo heeft een belachelijk goede duike, niet te schatten, zeker als naaktslakkenliefhebber is dit een klein mini-feestje. Maar er is nog meer te zien in de Zeelandse wateren. We worden regelmatig gevolgd door zeebaarzen en zoeken de bodem verder af naar andere dieren die we moeten zien zoals bijvoorbeeld een zeepaardje of een baby-sepia. Maar dat lukt niet vandaag, misschien hebben we de volgende keer of volgende week met het duikweekend meer geluk.
Na een half uur duiken doet Timo teken dat we draaien, Roel en Ju doen mee en we gaan iets dieper terug richting duiktrap. Iets dieper is niet echt veel dieper, maar we duiken nu rond de tien - elf meter. Op de terugweg zien we opnieuw een hele bende bruine plooislakken en enog meer blauwtipjes. Zeker als ze met twee bij elkaar zitten is het een prachtig zicht. Sommigen zijn wel vier centimeter groot, andere zijn maar een dikke centimeter: voor elk wat wils. Stroming staat er vandaag eigenlijk weinig of niet. Onze ogen turen wel nog steeds de Oosterscheldebodem af naar ander leven, maar er wordt eigenlijk niks speciaals meer gezien. Daarmee wil ik helemaal niet laten uitschijnen dat we het niet leuk vinden hier. De duik is heel relaxt en we zien heel veel slakken: perfect dus. timo probeert nog een leuk beeeld te maken van een spookkreeftje of anders bekend als een wandelend geraamte en het blijkt nu dat het wel goed gelukt is. Op de terugweg toont Timo nog een zeedonderpad aan zijn buddies en na een uur keren we stilaan terug in de richting van de kant. We doen onze safety stop perfect, hoewel dit misschien niet echt nodig was geweest, want het diepste punt was net geen twaalf meter, maar zoals het ons geleerd is, doen we dit wel. Na een dikke zeventig minuten voelen we dat de vingers en de tenen al lang in het water hangen en het wordt stilaan tijd om eruit te komen. Bevriezen gaan onze handen en voeten niet meer doen in de achttien graden van het Oosterschelde-water, maar aangenaam is het niet. Onze luchtvoorraad is trouwens ook al bijna op: Timo moet echt heel op zijn gemak geweest zijn, want hij heeft nog negentig bar, de anderen iets minder, maar nog steeds voldoende om de duik veilig te beëindigen. We keren terug naar de auto, zorgen dat alles terug op zijn plaats ligt en rijden dan naar Kalfort om iets te drinken. Van duiken krijg je dorst hé. Roel had voor Ju en Timo een hapje klaargemaakt en in de auto smult Timo er volop van. Roel rijdt naar Kalfort, dus alles dik OK. Nog snel een Duvel in Coolhem en dan tegen twaalf uur terug thuis. Een hele leuke avond met een hele leuke duik. We onthouden vooral de vele blauwtipjes, schitterend!!!!!
Zondag 10 juli 2011: Zeelandbrug: Stroming, stroming, stroming
Het is weer weekend en we willen een duikje gaan doen. Eerder deze week was het niet gelukt, want het was eigenlijk veel te slecht weer om het water in te kruipen: veel wind en heel wat buien, niet echt ideaal dus. Maar vandaag is het al stukken beter: de zon schijnt wanneer we in Klein-Brabant vertrekken en in Zeeland schijnt die nog meer, dit is dan ook een tropisch stukje Nederland. Veerle en Cartouche zitten in de auto met Timo, Roel en Jurgen rijden zelf ook en vandaag gaat de rit naar het Galgelaantje in Zierikzee om bij de Zeelandbrug te duiken. De vorige keren is dat altijd erg goed meegevallen, dus we hopen nu op hetzelfde. Er staan wel wat auto's vandaag wanneer we er om iets over negen toekomen. We moeten om tien over tien te water om op hoog water te duiken. De vorige keren was het laag water, dus dit is ook iets nieuws. We zien wel en we zijn vooral voorzichtig. We hebben in het nieuws gehoord dat er donderdag een duiker omgekomen was in Wemeldinge, dus we moeten zorgen dat ons dat niet overkomt en zijn dus zeker op onze hoede.
We zijn eigenlijk iets te snel klaar, maar stappen toch al naar de kant om daar snel nog een fotoshoot te doen en ons heel erg op ons gemak klaar te maken. Jurgen zorgt zeker dat zijn masker goed op zijn gezicht staat, want vorige keer was dat niet het geval en dat zorgde toch voor wat problemen. Nu doen we alles op ons gemak en het is stukken makkelijker omdat we toch iets voor de grote groep in het water gegaan zijn. We staan met ons drie alleen aan de trap om ons klaar te maken en kunnen dan het water in wanneer we klaar zijn. Timo duikt in het midden, Roel rechts van hem en Jurgen links. We zoeken een beetje diepte op over de grote rotsen die hier liggen. We zien al heel erg snel de vele legsels van de bruine plooislakken - in het begin zonder de slakken en dan een paar keer met slakken. We zien deze soort de hele duik bijna constant en Timo neemt er best veel foto's van. Hoe meer hij er neemt hoe meer kans hij heeft om er een paar goede te behouden hé. De andere constante tijdens deze duik zijn de harders. In het begin tussen de rotsen duiken die ineens voor ons op, schieten weg vantussen de donkere gaten in het groene water. Soms komen ze echt dicht, maar op geen enkel moment zijn die rustig genoeg om lang te blijven hangen voor onze neus.
Wanneer we de stenen achter ons laten doemt er een desolaat landschap op van zand en dode schelpen. Als je iets beter kijkt echter is het niet zo desolaat als je wel zou denken, want er is voldoende leven te bespeuren. Een kleine zeenaald heeft zich rustig op de zandbodem gelegd met de kop tegen de stroming in. Hier stroomt het al behoorlijk en dat doet het eigenlijk de hele tijd tussen de vijftien en achttien meter diepte. Nu duiken we nog wat verder van de kant weg en dan komt de stroming van rechts van ons. We stoppen voor een ander schouwspel. Wel drie wulken en een stuk of tien zeesterren zijn in een bundeltje gewikkeld - een twintig centimeter lang en vijf centimeter breed. Ze zijn hier waarschijnlijk een grote lange mossel of een lange mesheft aan het proberen opeten. Of misschien is het een kleine vis, hoewel Timo denkt een schelp te herkennen tussen de poten van de zeesterren. We blijven nog iets verder wegduiken en laten ons daarna gewoon met de stroming meedrijven. Timo probeert wel duidelijkheid te behouden welke richting we uitduiken, zodat we straks toch ongeveer weten hoe lang het duurt eer we de kant bereiken. Het duikt wel makkelijk zo met de stroming aan onze zijkant. We raken elkaar wel regelmatig aan door het stromende water, maar dan weten we tenminste dat we in elkaars buurt blijven. Het voordeel vandaag is dat het zicht nog dik OK is: we zien ongeveer een zes meter ver en dat gebeurt niet elke dag.
Na een veertig minuten duiken beslist Timo dat we stilaan naar de kant moeten terugkeren. En dit is dan ook het moeilijkste van de hele duik, want het is tegen de stroming in. Hoewel we stilaan zouden verwachten dat die zou vallen is die op deze diepte nog erg aanwezig. We verbruiken dan ook heel erg veel lucht door tegen de stroming terug naar de kant te duiken. Na ongeveer tien minuten zien we de rotsen en stenen terug en Timo weet dat we terug in de goede richting zitten. Aan één grote steen houden we ons even vast en dan kunnen we op adem komen na toch wel een serieuze inspanning. We zien hier dan ook weer de plooislakken en de harders, maar nu ook een paar hooiwagenkrabben erbij. We hebben ongeveer een idee waar we zitten en we zien dan ook zoals verwacht de pilaren van de Zeelandbrug. Die vinden we op een diepte van iets van een zeven meter en proberen die rond te duiken, maar omdat er een paar duikers zich volledig meester hebben gemaakt van de pilaren, duiken we over d" duikers heen en nemen niet echt veel tijd om hier te blijven rondkijken. In het groene water zwemmen de harders vrolijk naast de betonnen pijlers en die steken mooi af tegen het licht en het water. Je ziet de schimmen langs de pijlers heen en weer schieten en we genieten van het hele schouwspel en de duik.
De stroming is hier nu al stukken minder, maar dat zorgt dan weer dat er een beetje sediment in het water blijft hangen, de vlokjes dalen langzaam neder op de stenen die verschillende dieren huisvesten. Een groene wierslak vindt haar plaats op een steen, drie hooiwagenkrabben zoeken beschutting tussen de stenen en een paar kleine en één grote heremietkreeft is als een keizer gekroond op de top van de rotsen. Timo begeleidt iedereen veilig naar de kant en we komen twee meter voorbij de trap uit. Dit is een hele leuke duik geweest met veel inspanning door de stroming, maar al bij al best wel aangenaam. We hebben een dik uur gedoken en keren dan terug naar de auto. Veerle en Cartouche zijn al klaar met hun wandeling en we rijden op ons gemak terug naar België. Omdat er in Kalfort een wielerwedstrijd bezig is, beslissen we om een Après-Dive-Duvelke in de Waggel te drinken. Hm, lekker en daarna nog een BBQ, want het is een mooie namiddag nog geworden. Op naar de volgende duik misschien deze week of anders volgend weekend.
Zaterdag 11 juni 2011: Zeelandbrug: Eerste keer een blauwtipje
Dit verslagje zal eerder kort zijn. Het wordt pas anderhalve week na de duik zelf gemaakt vandaar. Het is geen slecht weer, maar ook niet schitterend. We vertrekken met drie buddies rond een uur of drie naar Zierikzee om nog een duikje te doen op de Zeelandbrug. De vorige keer is het een goede duik geweest, hopelijk wordt het dat vandaag ook. Er is niet zo veel volk aan de Zeelandbrug. Voor de middag was het slecht weer en pas later in de namiddag begon het op te klaren en kwam de zon erdoor. Het zal mede daardoor zijn dat er niet veel duikers aanwezig zijn op het Galgenlaantje. We maken ons klaar om te duiken op laag water net als de vorige keer en we duiken naar links vanaf de kant te bekijken. We zullen even tegen de stroming ingaan en dan met de stroming terug meedrijven tot aan de duiktrap. Hopelijk lukt het allemaal goed.
We zijn snel klaar en gaan te water. Wanneer wij erin gaan, komen er al een paar duikers uit het water en die zullen dan ook een echte stromingsduik gedaan hebben. Lijkt me in de toekomst ook eens leuk om te doen. Wij starten, Timo neemt de duikleiding, Roel duikt rechts en Jurgen links. We komen bij enkele grote steenblokken en daar zitten al een paar kleine zeedonderpadjes vrolijk naar ons te kijken. We voelen duidelijk dat de stroming tegen ons ingaat, maar dat is niet erg. Dan ga je trager en dan werk je tegelijkertijd ook aan je fysiek een beetje. Dubbele winst dus eigenlijk. Een paar hooiwagenkrabben bekijken ons raar wanneer we erover duiken en enkele slakken zien we hier ook. Voor Timo is dit echt een zalige duikplaats: hij ziet op één duik verschillende soorten naaktslakken: boompjesslak, vlokkige naaktslak, groene wierslak. Foto's nemen is iets moeilijker vandaag, want het zicht is niet bijster goed.
Veel speciaals hebben we halverwege de duik nog niet gezien. Tja als je elke week in de Oosterschelde hangt is dat ook niet verwonderlijk. Je kan niet elke keer nieuwe dingen ontdekken. Timo ziet wel nog een andere soort naaktslak, slechts een drie millimeter groot en een hele smalle, maar kan er geen goede foto van maken, hij kan dus ook niet duidelijk zeggen welke soort het geweest is. Maar daarna is het wél duidelijk dat hij een nieuwe soort ziet. Roel, noch Jurgen, noch Timo hebben die al in de Oosterschelde gezien: ons eerste blauwtipje en dat niet eens zo diep op een meter of tien. We zien dit op het moment dat we beslissen om terug te keren richting de start van onze duik. Timo begint als zot met zijn lamp te zwaaien en raar te doen en die andere twee denken: wat bezielt die nu weer, wat heeft hij nu weer gezien? Maar dan zijn ze heel blij met zijn ontdekking. Het is een echt prachtige slak, zelfs relatief groot en met mooie kleuren. Wij alledrie blij.
We waren al op de terugweg naar het vertrekpunt en na vijf minuten bij het blauwtipje zijn we terug op weg. Dan zien we niks speciaals meer, maar kunnen deze keer wel iets langer blijven hangen aan de pijler van de Zeelandbrug zelf. We hebben geen sepia's meer gezien, Timo ziet wel nog één harder voorbijglijden, maar voor de rest is het normale leven van een duik in de Oosterschelde. Helemaal op het einde van de duik zien we nog een grote groep tubularia. Ze staan heel erg dicht opeen gepakt. Die andere die iets minder dicht op elkaar staan is wel iits mooier, maar de duik kan toch niet meer stuk door het zien van het schitterende blauwtipje.
We gaan uit het water na een uur duiktijd en kleden ons om. We rijden terug naar België en gaan iets drinken in Kalfort om daarna frieten te halen van de frituur en die bij Timo thuis op te eten. Morgen vertrekt hij naar Cyprus met Veerle, dus we hebben nog net een duik kunnen doen in Zeeland. De volgende duik zal in iets warmer en helderder water zijn, hopelijk zijn de duiken OK daar. We drinken nog een paar pintjes bij Timo thuis en dan is het nog wat voor TV hangen en gaan slapen wanneer Veerle iets na middernacht thuiskomt van haar late shift bij De Lijn.
Donderdag 02 juni 2011: Yes, uiteindelijk toch eens op Zeelandbrug gedoken
We hebben één grote vraag vandaag. Gaat het lukken om eindelijk na al wel wat jaren duiken de eerste keer op de Zeelandbrug te duiken? Who knows. We doen wel alles vandaag om het goed te doen daar, we hopen dan ook dat het zal lukken. De verhalen van de Zeelandbrug hebben in onze duikershersenen al mythische proporties aangenomen en we gaan vandaag kijken of deze bekende en populaire duikplaats evenveel mystiek bevat als we wel denken. De duikplaats aan de Zeelandbrug, de noordkant, is een tijd dicht geweest en eens de duikplaats in het voorjaar van 2010 weer open is gegaan is er veel veranderd, maar dat weten we niet want nu juni 2011 duiken wij hier voor het eerst. We waren vorige week toen we zagen dat het te slecht was om te duiken al naar de plaats gaan kijken, dus dat doen we vandaag niet meer en maken ons direct klaar om het water in te gaan. Veerle gaat wel al eens kijken met Cartouche, want die zijn ook meegekomen. Eigenlijk is dat wel straf, want we waren opgestaan om half zeven om tegen half acht ongeveer bij Roel te zijn. Cartouche veegt met zijn pootjes de laatste slapers uit zijn ogen en dan is iedereen klaar om een duikje of een wandeling te doen, joepie. Eindelijk gelukt.
We komen aan bij de duiktrap, die effectief ook als dusdanig is aangeduid en wachten even op twee Nederlandse duikers die te water willen gaan net voor ons. We hebben de goede beslissing genomen om iets voor de rest te water te gaan, dan kan het nog goedkomen qua zicht en ook qua aantal duikers. Of misschien ook niet. We raken alledrie makkelijk het water in, doen de vinnen aan en we zien dat Veerle en Cartouche al langs de dijk aan het wandelen zijn, wanneer we kopje onder gaan. Vlak aan de nieuwe duiktrap liggen breukstenen: die zijn daar gelegd wanneer ze ook de staalslakken er neergeplant hebben vorig jaar. We zien dat er in het begin belachelijk veel zeesterren liggen. Dat staat ook specifiek vermeld in 'Duikersgids 7', dus dat is helemaal niet verwonderlijk. Kleine zeedonderpadjes zoeken beschutting tussen de sponzen en andere begroeiing op de grote stenen. Sommige van die stenen steken wel een meter boven de anderen uit: het beste is dan ook om hier regelmatig eens naar boven te kijken en je kop erbij te houden, anders zal je snel met het hoofd tegen zo'n steen hangen.
Timo, de naaktslakkenspotter ziet al direct een paar vlokkige naaktslakken, het zijn er met een roze tint en hij ziet ook een groene wierslak. Die hebben we dit jaar wel al regelmatig gezien en ook hier zit die in grote getale, we zien er een stuk of 6. Al snel zien we ook verschillende soorten legsels van naaktslakken, dit wil zeggen dat er hier nog andere soorten zitten. Timo spot ook de derde en vierde soort: bruine plooislak en die zijn hun eitjes aan het leggen. Sommige zijn oranje-rood, andere zijn iets witter, maar het zijn wel allemaal dezelfde. De vierde soort is een boompjesslak. Na de eerste keer die gezien te hebben in Wemeldinge, herkennen we die nu veel mekklijker. We blijven de hele tijd op een meter of zeven duiken, want dan moeten we de pijlers tegenkomen en iets verderop ook de sepia-stellingen. Het is nog volop de tijd van de sepia's en we hopen dat we ze nog eens zien. Timo en Roel hebben er al drie gezien dit seizoen op Oesterdam, maar Jurgen nog geen enkele. We merken dat de stroming al iets minder wordt nu en we kunnen dan ook makkelijk blijven hangen bij een wakame-wier waar drie kleine baby-snotolfjes beschutting gezocht hebben. Echt drie in totaal op één klein stukje wier. Er is er één bij die al iets groter is en die andere twee zijn nog kleine ukkies. Ze zijn echt heel erg schattig, zelfs al hebben we die dit seizoen al veelvuldig gezien. We raken stilaan allemaal erg verliefd op de snotolf, meer op de schattige baby'tjes, dan op volwassen exemplaren, die er niet direct uitzien als Miss of Mr Zeeland.
Dan naderen we, denkt Timo die de duikleiding heeft, dat we stilaan bij de pijlers moeten komen. En dat is inderdaad het geval. We zien een donker gevaarte voor ons opdoemen en we bekijken de pijler eens langs de westelijke kant. Die is mooi begroeid met sponzen, tubularia, oesters, mosselen, anemonen en veel krabben zoeken hier achter de pijler beschutting tegen de stroming. We ronden de pijler langs rechts (zuidkant dus) en ineens voelt Timo dat de stroming hier echt heel erg begint op te zetten. Zijn buddies hangen achter hem en zien dat hij heel krachtig begint te palmen en ze hebben niet echt door waarom. Wanneer ze ook langs de zijkant van de pijler komen, weten ze het. We dachten de pijler rustig van kop tot teen te bekijken, maar dat is nu niet meer een deel van het plan. We palmen verder tot we het einde van de pijler bereiken en daar wacht Timo op zijn twee buddies die richting hem gezwommen komen. Het zicht is goed, dus het levert niet al te veel problemen op, want al snel zijn we terug samen. Dan verder richting sepia-stellingen, want we willen de sepia's echt wel zien vandaag. De stroming is terug wat minder, maar wel tegen ons in, dus we moeten hier niet te lang meer onnozel doen. Timo ziet in de hoek van enkele stenen een galathea zitten. Jurgen en Roel spotten nog enkele grote heremietkreeften en zeedonderpadjes. Ook die zijn geestig als ze klein zijn. De hele tijd zien we grote schaduwen langs onze rechterkant en Timo herkent er harders in. In totaal ziet Timo er wel een stuk of vijf.
En dan komt het moment suprême, of dat hopen we toch. Het eerste wat we merken is dat we nu terug over zand duiken en dan weten we dat we ons doel naderen. Hoe weten we dat: een grote stofwolk voor ons belemmert het zicht enorm, niet te schatten. Hier zijn precies nog duikers geweest, want de sepia's maken niet veel stof, zelfs niet als ze aan het paren zijn. En inderdaad, we zien op onze linkerkant enkele stokken in het zand steken en een kleine sepia zwemt ernaast. Die verdwijnt al snel tussen het stof in het water, maar we duiken gewoon verder in de hoop op deze diepte tussen zes en zeven meter nog andere stellingen te zien. En ja hoor: iets verderop staat er een hele hoop stokken en daar zitten wel vijf sepia's bij elkaar. En nu begrijpen we ook wat ze bedoelen met sepia-gekte, het is een drukte van jewelste aan deze stokken, er ligt één duiker te filmen zo dicht bij de sepia zelf dat er niemand anders nog iets kan zien. Een geluk dat er nog meerdere exemplaren zitten hier. Een andere duiker neemt gewoon de vinnen en benen van Roel vast om die om te keren en zo helemaal gedesoriënteerd te maken. Gelukkig blijven we goed bij elkaar tijdens dit proces, maar we concluderen toch dat sommige duikers echt degoutante mensen zijn. Even, een halve minuut maar, nemen Jurgen en Roel de 'vinnen' om terug naast Timo te komen en is hij helemaal alleen, maar al snel lossen we dit op en we vinden elkaar terug. Swat, dit moest even van mijn hart, dat er sommigen toch niet zo veel respect hebben, niet voor het leven en niet voor collega-duikers. Kloothommels! - Daarmee wil ik niet elke duiker over dezelfde kam scheren, maar ik doel enkel op die paar die het voor de rest verzieken. :-)
Ondanks dit alles kunnen we toch perfect genieten van de sepia's, zien dat man- en vrouwlief het goed hebben, want hij heeft een lach tot achter zijn ogen. LOL. We blijven hier even hangen en proberen die uit verschillende hoeken te bekijken. Timo neemt keiveel foto's en beslist dan zelfs een filmpje te maken - een goed en strak plan. Het is altijd leuk om ook eens bewegende beelden te hebben. We hangen zo een paar minuten bij de sepia's en genieten echt van het zicht. Op regelmatige tijdstippen komt er een stofwolk aan, maar zelfs dan door het zand in het water door zien we een paar keer dat het vrouwtje de eitjes afzet. Dat is een leuk zicht. We hebben de sepia's gezien en ook uitgebreid bestudeerd en dan wordt het Timo te druk, dus terug richting duiktrap. Op nog een kleine twintig minuten komen we er dan ook en zien eigenlijk niets speciaals meer. De kleine zeedonderpadjes zitten op de stenen en blijven rustig lachen naar de camera. Op drieënzestig minuten moeten we ongeveer terug aan de trap zijn denkt Timo en doet dan ook teken stilaan naar boven te gaan. We zijn er iets meer dan tien meter af en gaan terug aan land. Boven aan de trap is het wederom druk van alle duikers die uit het water komen en we stappen gezwind over de treden naar boven. Daar staan Veerle en Cartouche al te wachten en iedereen is blij om terug levend uit het water geraakt te zijn, alsof dat ooit een probleem zou zijn. Hoewel sommige mensen wel iets hebben als ze uit het water komen: Dit hebben we weer overleefd. LOL. Joepie!
Alles terug in de auto, dan iets drinken op het terras van restaurant De Zeelandbrug en dan gaat het terug naar huis. We moeten nog even wachten op de brug die open staat voor de bootjes en hebben er al een toffe voormiddag opzitten. De Zeelandbrug is een leuke duikplaats waar wel wat te zien is (zeker nu met de sepia's), je moet er enkel rekening houden met drukte, want naar het schijnt is dit één van de meest populaire duikplaatsen in heel de Oosterschelde. Dat hebben we al ondervonden. Maar we eindigen toch met de bemerking dat we een hele goede duik hebben gehad en we zijn blij dat we dit gedaan hebben. De Zeelandbrug is niet langer een mythe, maar een plaats waar we zeker nog zullen duiken. Echt een toppertje!
Duikerswijsheid: Wil je echt wel tarten het lot, ruik dan aan je duikersbot!