Kaapverdië - Sal
Kaapverdië (Portugees: Cabo Verde; IPA: [ˈkabu ˈveɾdɨ]) of de Kaapverdische Eilanden, officieel de Republiek Kaapverdië, is een land bestaande uit een eilandengroep van vulkanische oorsprong voor de westkust van Afrika in de Noordelijke Atlantische Oceaan. De archipel heette vroeger Ilhas de Cabo Verde (Eilanden van de Groene Kaap) en is zo genoemd vanwege de ligging van de eilanden ten opzichte van de Kaap Verde (Groene Kaap), het meest westelijke punt van het Afrikaanse vasteland in Senegal. De Nederlandse naam is daarvan een gedeeltelijke vertaling. De regering van Kaapverdië heeft de Verenigde Naties verzocht het land in alle talen te benoemen met de Kaapverdiaanse benaming Cabo Verde. Deze benaming is in veel talen, waaronder het Nederlands, echter niet ingeburgerd.
Kaapverdië was onbewoond toen in 1460 de Portugezen Diego Gomes en Antonio Nolas de eilanden bereikten en ze deel van het Portugese rijk maakten. De Portugezen vestigden zich in 1462 in Santiago en in 1587 werd de eilandengroep een Portugese kolonie. De eilanden vormden onder andere een belangrijke locatie voor de slavenhandel. De bevolking van Kaapverdië is dan ook ontstaan uit een mix van Portugese kolonisten en Afrikaanse slaven.
Schepen op weg vanuit Europa naar alle windstreken die hier afmeerden, sloegen water, gevogelte en fruit in. In ruil gaven de zeevaarders aan de Kaapverdiërs meestal rookartikelen zoals pijpen, tabak maar ook kleding. Dit blijkt uit de reisverhalen van de Zuid-Nederlandse reiziger Jan Frans Michel. Zijn kronieken zijn een belangrijke bron in verband met de geschiedenis van dit land. Hij was in 1752 op doorvaart naar China en verbleef 11 dagen in Kaapverdië. Ook de Britse piraat Woodes Rogers berichtte uitgebreid over de staat van het land in het begin van de 18e eeuw.
Op 5 juli 1975 werd Kaapverdië uiteindelijk onafhankelijk van Portugal; de socialist Aristides Pereira werd de eerste president. Hij werd nog tweemaal herkozen voordat het land in 1990 een meerpartijenstelsel kreeg. Pereira werd opgevolgd door de democraat António Mascarenhas Monteiro, die op zijn beurt in 2001 werd opgevolgd door Pedro Pires. De huidige president is Jorge Carlos Fonseca.
Sal
Sal (of Ilha do Sal, Portugees voor 'zouteiland') is een van de eilanden van Kaapverdië, behorend tot de Barlavento-groep, de Bovenwindse Eilanden. Het heeft een oppervlakte van 216 km² en telt 25.779 inwoners. Het eiland is een van de 22 gemeenten van Kaapverdië. De hoofdplaats is de stad Espargos, die ongeveer in het midden van het eiland ligt. Op Sal ligt het eerste internationale vliegveld van Kaapverdië, het Aeroporto International Amilcar Cabral.
Landschap
Het eiland heeft een vrij vlak landschap en weinig vegetatie. Toch zijn er ook enkele door vulkanische activiteit ontstane bergen en is in de omgeving van Espargos landbouw van enkele gewassen mogelijk. Er heerst een erg droog steppeklimaat. Er groeien vooral veel lage struiken en grassen met name langs droge rivierbeddingen, waarbij de gewassen hun water ondergronds betrekken.
Klimaat
Sal heeft een tropisch klimaat. De gemiddelde maandtemperatuur bedraagt minimaal 18-24 graden en maximaal 24-29 graden. Er valt weinig regen (6 dagen per jaar, het meeste in de maanden augustus en september). De luchtvochtigheid bedraagt 70 tot 77%.
Tunesië: Port El Kantaoui
Port El Kantaoui is een zeer toeristisch plaatsje in Tunesië, aan de Middellandse Zee. De plaats ligt net ten noorden van Sousse, en kan als een soort uitbreiding van deze stad gezien worden. Port El Kantaoui bestaat voornamelijk uit een haventje met veel horecagelegenheden en enkele souvenirshops, en vormt een toeristische zone die zich kilometers ver uitstrekt. Mensen die enkel vanwege het warme klimaat in Tunesië op vakantie gaan, en verder zo luxueus mogelijk vakantie willen vieren, kunnen in deze plaats goed terecht.
Zuid-Afrika
Zuid-Afrika is een land dat aan de zuidpunt van Afrika ligt. Het land grenst in het noorden aan Namibië, Botswana en Zimbabwe, in het oosten aan Mozambique en Swaziland. De onafhankelijke staat Lesotho wordt in zijn geheel door Zuid-Afrika omsloten. Zuid-Afrika wordt als één van de verwantschapslanden genoemd.
Algemene gegevens
Oppervlakte: 1.219.912 km² (inclusief de Prins Edward-eilanden).
Buurlanden en grenzen: 4750 km: Botswana 1840 km, Lesotho 909 km, Mozambique 491 km, Namibië 855 km, Swaziland, 430 km, Zimbabwe 225 km.
Kustlijn: 2798 km.
Terrein: Hoogvlakte in het binnenland, langs de rand ruige heuvels en een smalle kustvlakte.
Laagste punt: zeeniveau.
Hoogste punt: Njesuthi (3408 m).
Natuurlijke rijkdommen: goud, chroom, antimoon, steenkool, ijzererts, mangaan, nikkel, fosfaten, tin, uranium, diamanten, platina, koper, vanadium, zout, aardgas.
Landgebruik: (schatting 1993)
voor landbouw geschikt: 10%; bouwland: 1%; veeteelt: 67%; bossen: 7%; overige: 15%.
Geïrrigeerd land: 12.700 km² (schatting 1993).
Natuurlijke gevaren: langdurige droogtes.
Milieuproblematiek: uitgebreide maatregelen voor het bewaren en controleren van water zijn nodig wegens het gebrek aan meren en grote rivieren; watergebruik dreigt de beschikbare hoeveelheid water te overtreffen, watervervuiling door landbouw en steden, luchtvervuiling en zure regen, erosie, woestijnvorming.
Flora en fauna
Winterbloem: aloë. (Foto J.Folmer 1999)Zuid-Afrika heeft met meer dan 20.000 verschillende soorten planten, zo'n 10% van alle bekende plantensoorten op Aarde, een bijzonder grote biodiversiteit. Zuid-Afrika's meest voorkomende bioom is grasland, vooral op het Hogeveld, waar de plantengroei overheerst wordt door verschillende grassen, lage struiken en doornenbomen, vooral kamelendoorn en witdoorn. De vegetatie wordt zelfs nog dunner in het noordwesten ten gevolge van de lage regenval. Er zijn verschillende succulenten die water bewaren zoals aloë's en nabomen in het erg warme en droge Namakwaland.
De gras- en doornensavanne verandert langzaam in bosveld in het noordoosten van het land, met dichtere plantengroei. Er is ook een beduidende hoeveelheid Afrikaanse baobabs in dit gebied, nabij de noordelijke punt van het Krugerpark.[6] Het Krugerpark is een van de bekendste wildparken van Zuid-Afrika en het continent. Enkele andere grote en bekende parken en reservaten in Zuid-Afrika zijn het Agulhaspark, hetAugrabiespark, het Karoopark en Natuurreservaat Mpofu.
Ook aan fauna is Zuid-Afrika rijk. De Grote Vijf is de naam voor de vijf grootste dieren die men graag voor de camera heeft: de olifant, de leeuw, de buffel, de luipaard en de neushoorn. De Grote Vijf is van oorsprong de benaming van de vijf diersoorten die het meest gevaarlijk waren om op te jagen. De benaming is dus uit de jacht afkomstig, maar wordt nog steeds met name in de toeristensector veel gebruikt als zijn de diersoorten die graag gezien worden. Deze dieren leven allemaal in Zuid-Afrika. Soms hoor je ook wel eens over De Grote Zes en De Grote Zeven. In dat geval horen de walvis en de witte haai er ook bij.
Swaziland
Swaziland (Kingdom of Swaziland) is een land in het zuiden van Afrika. Het wordt grotendeels ingesloten door Zuid-Afrika en grenst verder aan Mozambique. De hoofdstad is Mbabane.
Geschiedenis
Uit archeologische vondsten blijkt dat het gebied 100.000 jaar geleden al werd bewoond, maar de huidige Swazibevolking kwam eind 18e eeuw in het gebied wonen. Waarschijnlijk was de eerste Swazi één van de zonen van koning Shaka. Hij had zijn oudste zoon, die ook de generaals was, op een missie gestuurd om het land van vijanden te veroveren en de vijand te doden. Toen hij de vijand niet kon vinden en te moe was om verder te trekken, durfden hij en zijn leger niet terug te gaan omdat ze bang waren voor Shaka's toorn. De oudste zoon vestigde zich in Swaziland. Daarna stuurde hij zijn tweede zoon, deze belandde uiteindelijk in Mozambique. De derde zoon, die als derde ook de vijand niet kon vinden (of doden?) nam plaats in het huidige Zimbabwe. In de 19e eeuw trokken ook blanken het gebied binnen. In 1866 werd de grens met Transvaal vastgelegd, maar twee jaar later werd Swaziland door de Britten geannexeerd. Bij de Conventie van Pretoria (1881) werd de onafhankelijkheid van Swaziland erkend. Maar vier jaar later probeerden de Britten het gebied toch weer onder controle te krijgen, en in 1889 stootten ze koning Dlamini IV van de troon. Na de Boerenoorlogen werd Swaziland een Britse protectoraat, en pas op 6 september 1968 werd Swaziland echt onafhankelijk.